De discussie in Brabant samengevat:
We horen nogal eens van gangbare melkveehouders dat zij met de kringloopwijzer, het koekompas en de lage dierdagdosering wel erg dicht bij de biologische melkveehouderij komen. Omschakelen hoeft niet meer want het onderscheid zou toch verdwijnen. Op een aantal onderdelen zou dat onderscheid inderdaad wel eens kunnen verdwijnen als de melkveehouderijsector echt voor duurzaamheid kiest. En als het aan de zuivel ligt gaat het die kant ook op.
Een heel belangrijk onderscheid voor de biologische sector is echter, dat veel meer wordt gekeken naar de samenhang der dingen in het systeem. Gebrek aan samenhang in de gangbare landbouw maakt het systeem kwetsbaar en corrigeren is voortdurend noodzakelijk. En corrigeren is juiste bij de biologische landbouw praktisch alleen mogelijk binnen het systeem zelf. De biologische melkveehouders streven er naar om de zaak draaiende te behouden door het systeem van binnenuit te voeden in plaats van buitenaf. En dat vraagt een geheel andere aanpak en veel kennis van het systeem. Gestreefd wordt naar zo min mogelijk systeemvreemde ingrepen. Het systeem moet van zichzelf voldoende robuustheid bezitten om op een gezonde manier een bedrijf te runnen. Een goede economische basis maakt daarvan deel uit. Volgens sommigen een reden om de melkproductie per koe, binnen de samenhang van het systeem en het bedrijf, te verhogen.
Geconstateerd werd ook dat ook biologische melkveehouders de bedrijfsvoering op een aantal punten flink kunnen verbeteren. Ook werd aangegeven dat de biologische melkveehouders bescheiden zijn in het benoemen van wat hen wezenlijk onderscheidt.
Vervolg
In Brabant is de groep biologische melkveehouders zo'n 4 jaar actief om door middel van verbeteringen in de fokkerij, de bedrijfsvoering en de leefomgeving (stal en weide) de levensduur te verlengen en haar positie te versterken. De levensduur van het melkvee ligt inmiddels ruimschoots boven het biologisch gemiddeld. De groep heeft besloten om daarmee verder te gaan en met name ook de economische aspecten verder uit te werken. De productie optimaliseren tegen een scherpe kostprijs zonder het systeem geweld aan te doen. Ook in het Noorden bestaat daarvoor belangstelling en dit jaar zal worden nagegaan of daarvoor voldoende belangstelling is om een vergelijkbaar project te starten.Klik hier voor het uitgebreide verslag.