De biologische sector wordt sinds 1 januari 2022 geconfronteerd met strengere voernormen. Zo moet 30% van de grondstoffen van regionale herkomst zijn en wordt vanaf 2026 afgestapt van de uitzondering voor maximaal 5% gangbaar eiwitrijk voeder in het rantsoen van jong pluimvee. De uitdaging voor de sector ligt hier in het creëren van een optimaal 100% bio-voeder waarbij vooral aandacht gaat naar methionine en vitamine B2. Veevoederfabrikanten en biologische leghennenhouders zijn op zoek naar potentiële grondstoffen om aan deze eis te voldoen.
Proefbedrijf Pluimveehouderij en ILVO slaan daarom de handen in elkaar voor een nieuw CCBT-project waarin twee potentiële eiwitbronnen onder de loep genomen worden: insectenmeel en melkweipoeder. Wat deze bronnen interessant maakt, naast een hoge nutritionele waarde, is dat ze ook passen binnen het concept van circulaire economie. Insectenmeel is sinds 2021 toegelaten als grondstof in diervoeders. Beide bronnen kunnen ook lokaal geproduceerd worden en een alternatief vormen voor soja.
De doelstelling van dit project is het evalueren van het potentieel van deze twee alternatieve eiwitbronnen in de biologische leghennenhouderij. ILVO zal daarom twee verschillende leghennenvoeders samenstellen, enerzijds met insectenmeel en anderzijds met biologisch melkweipoeder. Het eerste voeder zal uitgetest worden op het Proefbedrijf Pluimveehouderij in Geel; terwijl het voeder met bio melkweipoeder zal uitgetest worden op een biologisch praktijkbedrijf.
Deelnemen aan dit onderzoek?
Geïnteresseerde bedrijven met biologische leghennen kunnen contact opnemen met Hanne Nijs van het Proefbedrijf. Ook kleinschalige initiatieven met bio-leghennen komen hiervoor in aanmerking.
Voor meer informatie: hanne.nijs@provincieantwerpen.be
Bron: CCBT