Landbouw blijft mogelijk bij gesloten kringloop in Noordwest-Europa
De onderzoekers hebben als regio voor de landen in Noordwest-Europa gekozen: Nederland, België, Luxemburg, Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. Ze hanteerden een aantal uitgangspunten: zo vindt er geen invoer plaats van grondstoffen voor diervoeders zoals sojaschroot. En er is geen import en export van dierlijke producten en dieren. Dus geen im- en export van vlees, zuivel, eieren en ook geen slachtbijproducten, dierlijke oliën en vetten.
De verkenning was niet eenvoudig, omdat er momenteel een sterke internationale handel is in grondstoffen, granen en soja en producten als melk, vlees en eieren. De nutriëntenstromen zijn daarom complex. Er zijn veel betrokkenen en ook de regelgeving is ingewikkeld. Toch geeft het rapport een beeld van wat er bij een gesloten kringloop zou gebeuren. Zo zou er een overschot ontstaan aan zuivel en eieren waardoor die sectoren moeten krimpen. Omdat plantaardig eiwit als grondstof voor de veehouderij schaarser wordt, moet naar alternatieve eiwitbronnen worden gezocht. Er moet meer aan granen, soja of andere vlinderbloemigen worden geteeld. De vraag naar akkerbouwproducten stijgt daardoor. Het zou betekenen dat de melkveehouderij op productieve gronden wordt verdrongen door akkerbouw. En ook de varkenshouderij zal veranderen. In Brabant zullen mogelijk minder vleesvarkens gehouden worden omdat de vleesvarkenshouderij verschuift naar elders in Noordwest-Europa.
Wat betreft de nutriënten zal er ook wat veranderen, want er is minder invoer van stikstof, fosfaat en organische stof. Het is niet te verwachten dat er een stikstoftekort ontstaat. Stikstof is ook op andere manieren te winnen. Voor fosfaat kan mogelijk wel een probleem ontstaan. Het bodemoverschot aan fosfaat is beperkt en fosfaat uit de menselijke keten komt niet op landbouwgrond terecht. Mogelijk dat op termijn de noodzaak groeit om iets te doen met menselijke mest. De onderzoekers concluderen dat het sluiten van kringlopen op de schaal van Noordwest-Europa tot een betere benutting van mineralen en nutriënten zal leiden. Het zou daarmee bijdragen aan verhoging van het de circulaire gehalte van de economie. Door schaarste treden er verschuivingen op in voerproductie, grondgebruik of de plaats waar geproduceerd wordt.
Zie voor meer informatie het rapport Verkenning regionale kringlopen - Sluiten van nutriëntenkringloop op het niveau van Noordwest-Europa
Bron: Groen Kennisnet