In de IJsselmeerpolder is ongeveer tien procent van het areaal biologisch. "Dat is echt merkbaar als je door de polder rijdt. Daar leeft het meer en is in de afgelopen jaren ook de omschakeling geweest", vertelt Sander Bernaerts, teeltadviseur van Naturim. "En omdat biologische landbouw daar heel groot is, wordt biologisch meer mainstream. Je ziet dat bedrijven zoeken naar uitbreiding en een buurman overtuigen om te schakelen of dat er telers zijn die samen omschakelen." Door het grote aantal biologische bedrijven zijn ook loonwerkers beter ingesteld op deze teelt. "Er zijn loonwerkers die bijvoorbeeld uien- en pompoenzaaimachines hebben, speciaal voor de bio-teelt. Dat maakt het ook makkelijker om over te stappen."
Goede bio-prijzen
Maar er is nog een reden. De bedrijven in de polder lenen zich uitstekend voor de biologische teelt. "Vaak weinig onkruid, rechte percelen, de afzet is meer geconcentreerd", somt Sander de voordelen op. "Dus je ziet dat de stap daar vaak net iets kleiner is dan in de rest van Nederland." Dat betekent overigens niet dat er buiten Flevoland geen bedrijven omschakelen. "Dat kan ook prima, maar in een omgeving waar meer bedrijven biologisch werken, leeft het ook meer."Een belangrijke reden voor de boeren die de overstap maken is vaak economisch van aard. Zo speelt de prijsontwikkeling in de laatste jaren een grote rol, denkt Sander. "We hebben voor conventionele producten natuurlijk een heel slecht jaar achter de rug, aardappelen was slecht, uien was slecht en ik denk toch dat dit ook meespeelt." In de biologische sector waren de jaren wel goed. De goede prijzen voor biologische aardappel, peen en uien die ook in de media gepubliceerd worden, vormen een extra stimulans om biologische teelt te overwegen. "De eerste trigger is vaak wel economisch, maar al snel na de overstap zien de meeste ook wel de waarde van het niet spuiten en natuurlijk werken."
Technische vooruitgang
In de afgelopen vijf jaar heeft de biologische teelt veel verbeteringen doorgemaakt die de overstap nog aantrekkelijker maken. Sander noemt drie voorbeelden. "De techniek voor schoffelen in de ruggenteelt is de laatste jaren sterk verbeterd. Daarnaast is er met de Treffler eg een verbetering in egtechniek. Dat lijkt een kleine ontwikkeling, maar die is heel waardevol voor bijna alle teelten op een bedrijf." Tot slot noemt Sander ook de ontwikkeling van resistente rassen, zoals die nu ook in aardappel wel voet aan de grond krijgt.Bio-markt groot genoeg
Voorlopig is de markt in Nederland en over de grens nog groot genoeg om het gestaag stijgende aanbod op te nemen. Maar de markt groeit ook nog hard. "Dat is heel voelbaar in gewassen als conserven, pompoenen, rode bieten en uien. Die markt groeit hard, dus er moet ook wel omschakeling zijn om groei mogelijk te maken." Daar komt bij dat het aantal telers dat de overstap maakt beperkt is. “Het gaat ook niet om tientallen. Normaal zijn het tussen de vijf en tien omschakelaars per jaar in Nederland, ik denk dat er dit jaar tien extra zijn." Dit zijn bedrijven die dit jaar voor het eerst een perceel aanmelden. "Omschakelen duurt een paar jaar, maar die bedrijven moet je natuurlijk maar één keer meetellen."Tekort op bio-markt
Luisterend naar de marktpartijen ziet Sander dat er veel vraag is vanuit de conserven en industrie. "We zitten nu in mei en nog steeds zijn afnemers op zoek naar producten omdat ze gewoon nog geen teler gevonden hebben. Dan gaat het om producten als wortelen, rode bieten, in een breed spectrum is nog veel vraag." Veel van deze producten zijn bestemd voor de export, wat extra mogelijkheden biedt. "Maar dat loopt ook wel door elkaar heen, ook in het binnenland groeit de biologische sector en zijn er veel mogelijkheden."Voor meer informatie:
Naturim
Sander Bernaerts
Sligtmaan 27
5131 GC Alphen (NB)
+31 (0)6 8108 6041
[email protected]
www.naturim.nl