Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Biologische vleesveehouderij mede slachtoffer van groter probleem

Oorzaak ESBL-besmetting rundvlees onduidelijk

Na de kippenvleesproducten (februari 2012) heeft de Consumentenbond nu rundvlees onder de loep genomen. De besmettingspercentages met ESBL zijn lager, maar wijzen opnieuw op een omvangrijk probleem waar de biologische vleesveehouderij mede de dupe van is: de opkomst van bacteriën die resistent zijn tegen antibiotica, zoals ESBL. Hoe de besmetting tot stand komt, is vaak niet of moeilijk te achterhalen. Bionext reageert in dit persbericht op deze kwestie.

Uit het nieuwe onderzoek van de Consumentenbond blijkt dat 40% van het onderzochte kalfsvlees en 13% van het rundvlees besmet is met Esbl-producerende bacteriën. In totaal zijn 180 biefstukken onder de loep genomen en 30 stukken kalfsvlees. De Consumentenbond heeft geen biologisch kalfsvlees in het onderzoek betrokken. Van 30 onderzochte biologische biefstukken bleken er 7 besmet met ESBL.

Het testoordeel pakte in 2012 zeer goed uit voor biologische kipfilet, met een dikke 8 als rapportcijfer en een zeer geringe hoeveelheid ESBL-producerende bacteriën (0,3 bacterie per gram kipfilet, tegen een gemiddelde van 4,1). Uit de nieuwe rundvleestest blijkt dat er geen wezenlijk verschil is tussen regulier en biologisch vlees.

De oorzaak van de besmetting was in 2012 onduidelijk en is dat nu opnieuw. De bacterie kan zich op allerlei manieren verspreiden, in verschillende schakels in de productieketen. Speculeren over de mogelijke bron van besmetting is niet zinvol, wel pleit Bionext ervoor dat nader onderzoek wordt gedaan naar de feiten. De biologische veehouderij loopt voorop als het gaat om het terugdringen van het antibioticumgebruik. Dit blijft een speerpunt van Bionext en de bedrijven in de biologische sector.

Het uitgangspunt van een biologische veehouder is dat dieren zo natuurlijk mogelijk gedrag kunnen vertonen. Ze kunnen naar buiten, krijgen biologisch voer en hebben daglicht in de stal. Door deze leefomstandigheden worden de dieren zelden ziek. Een behandeling met antibiotica (vanuit het oogpunt van dierenwelzijn, op voorschrift van een dierenarts) is daarom niet of nauwelijks nodig. Preventief antibioticumgebruik is verboden in de biologische veehouderij.
Publicatiedatum: