Toen het grootste biologische teeltbedrijf van het land een paar jaar geleden in de verkoop ging, was er interesse van kopers van heinde en verre.
Uiteindelijk werd het bedrijf in het Ierse graafschap Donegal, An Grianan, in 2017 voor €17,4 miljoen verkocht aan een jonge teler, Karol McElhinney (39), die ook in het dorp Ballybofey woonde.
Op het dichtbijgelegen Glenmore Estate had Karol al een zeer succesvol bedrijf opgezet op het gebied van hernieuwbare energie, waarmee hij eco-vriendelijke brandstof en bemesting produceerde.
Zijn interesse in de teeltsector dateert al uit zijn jeugd, toen hij regelmatig tijd doorbracht op de boerderij van zijn grootvader.
"Ik ben niet op de boerderij opgegroeid, mijn vader werkte samen met mijn oom in zijn stoffenwinkel. Mijn grootvader bevat ongeveer 30 hectare land en al zo lang als ik me herinneren was ik dol op telen. Ik wou ook altijd al land en vee hebben," zegt hij.
Toen Karol An Grianan kocht, was het al een biologisch bedrijf. Karol besloot toen om deze biologische status te behouden.
"Ik heb de uitdaging geaccepteerd en ben op Glenmore Estate ook overgestapt op een biologische productie. De belangrijkste focus van Glenmore is hernieuwbare energie en aangezien biologisch telen hier goed bij past, was dit een logische stap," voegt hij toe.
Europese biologische teeltbedrijven zijn gemiddeld een keer zo groot als traditionele teeltbedrijven en biologische telers zijn vaak ook jonger, dus wat dit betreft volgt Karol de trend van de biologische beweging.
"Bij het telen op deze schaal kunnen we de meeste innovatie technieken gebruiken die beschikbaar zijn en het gebruik van faciliteiten voor hernieuwbare energie die gekoppeld zijn aan de productiesystemen zorgt ervoor dat we met verschillende eco-systemen kunnen werken," zegt Karol.
Het land bij An Grianan is gecertificeerd door de Irish Organic Association (IOA) en is laag liggend. Hier is ook de biologische zuivelafdeling gevestigd, dat naast het Inch Lake en Inch Wildlife Reserve ligt. Op het land bevindt zich ook een Nationaal Park en Wildlife kantoor.
Alle mest van het bedrijf wordt verwijderd uit de stallen en verwerkt door een anaeroob dissimilatieproces voordat het op het land wordt gebruikt, wat de risico’s voor het dichtstbijzijnde meer enorm verminderd. De koeien die voor de zuivelproductie worden gebruikt zijn Holstein koeien, gekruist met Fleckvieh en het Rood Deens melkras.
"De meeste biologische melkkoeien zijn kruisingen, aangezien pure melkrassen niet altijd geschikt zijn voor de biologische omstandigheden, vooral met de lagere niveaus concentraten in het veevoeder, zoals is vereist in de biologische teelt," zegt Karol. "Door rassen te kruisen, krijgen we sterke dieren; onze jaarlijkse opbrengst is ongeveer 7000 liter, en koeien hebben ongeveer 7-10 lactaties. In de biologische veehouderij ligt de nadruk op het welzijn van het dier en de duurzaamheid van het gehele teeltsysteem."
"We gebruiken kunstmatige inseminatie bij de koeien en we seksen het sperma om het aantal stieren dat geboren wordt te verminderen. Dit is onderdeel van onze strategie om de druk op het milieu te verlichten en het houdt de productie zo efficiënt mogelijk."
Net als bij andere zuivelbedrijven is het doel om zoveel mogelijk melk te produceren door middel van goedkopere bronnen, zoals gras en veevoeder. Gemiddeld levert de kudde hen jaarlijks 4129 liter melk op.
"We zijn van plan om een speciale stal te bouwen dat helemaal gericht is op dierenwelzijn. Hier is meer ruimte voor de koeien om in rond te lopen zodat ze hun natuurlijke gedrag kunnen vertonen en ook hebben ze zelf de keuze wanneer ze gebruik maken van melkrobots."
"De koeien kunnen ook gebruik maken van overdekte stallen wanneer ze hier de voorkeur aan geven." De melk die het bedrijf produceert is bestemd voor het noordwestelijke verwerkingsbedrijf Aurivo.
Het nabije Glenmore Estate is bezig met de overstap naar een biologische productie met de IOA. Bij het bedrijf worden rundvee en schapen gehouden.
"We richten ons op rassen die passen bij het gebied waarin we wonen. Voor de bergachtige gebieden heb je dieren nodig die stevig op hun poten staan en daarom hebben we voor Lanark ooien gekozen, een sterk en vruchtbaar ras," zegt Karol.
Het landgoed An Grianan in het Ierse graafschap Donegal
Biodiversiteit
Ecologie is één van de kernprincipes van de biologische teelt en individuele teeltbedrijven worden aangemoedigd om een ecologische balans te creëren door middel van het ontwerp van teeltsystemen, het opzetten van leefgebieden voor de dieren en het behoud van genetische en agrarische diversiteit.
Karol werkt samen met het IOA om een op maat gemaakt 10-jaren biodiversiteitsplan op te zetten om de unieke ecosystemen rondom het bedrijf te versterken.
"Het project zal zich richten op het bredere agri-ecologische milieu, waaronder het versterken van verschillende agrarische landschappen, biodiversiteit, klimaat, lucht en water. Hoewel dit geen onderdeel is van de biologische certificering, kijken we enorm uit naar dit project. We denken dat het een groot verschil zal maken voor de ecologische prestaties van het land," zegt hij.
Het bedrijf bevat ook 3000 hectare aan bossen, een combinatie van uitstekend bosland en bosbegrazing. Er is een 10-jaren plan opgezet om de omheining van het land te verbeteren, en er wordt agro-bosbouw geïntroduceerd om betere schuilplekken en nestplekken te creëren.
"In het belang van de gezondheid en veiligheid, hebben we een vergunning aangevraagd om enkele hagen en bomen weg te halen bij An Grianan, wat redelijk wat negatieve publiciteit heeft opgeleverd. Vorig jaar hebben we op Glenmore echter bijna 60.000 bomen geplant, waaronder 700 volwassen bomen, en dit jaar beginnen we bij An Grianan met een uitgebreid beplantingsplan dat de biodiversiteit op beide bedrijven zal vergroten," zegt Karol.
In overleg met de National Parks and Wildlife Services (NPWS) gebruiken ze jaarlijks van 15 oktober tot 15 april 400 hectare land niet om overwinterende ganzen en zwanen de kans te geven om hier hun tijdelijke thuis te maken.
"Vanaf de weg lijkt het net of er schapen grazen, maar wanneer je dichterbij komt zie je pas dat het enorme aantallen vogels zijn die op het land lopen. Er zijn veel mensen die langs de kant van de weg stoppen om naar hen te kijken," vertelt Karol.
"Voor ons als biologisch bedrijf werkt dit uitstekend, want de vogels eten slakken, wormen en onkruid."
Plattelandseconomieën
Karol heeft meer dan 70 mensen uit de lokale dorpen in dienst die werken op de teeltbedrijven en bij het hernieuwbare energiebedrijf.
"We hebben een geweldig toegewijd team die ons helpen onze doelen te bereiken, en ze dragen bij aan het gemeenschapsgevoel binnen het bedrijf," legt hij uit.
Op dit moment zijn ze bezig om een vergunning aan te vragen om een boerderijwinkel naast het bedrijf te bouwen waar ze verschillende biologische producten willen verkopen.
"Omdat we zo dicht bij de grens zitten, maken we ons best wel zorgen. We weten niet wat er gaat gebeuren, dus het is in ons voordeel om een duurzaam bedrijf op te bouwen waarmee we lokale producten aan lokale inwoners kunnen verkopen."
Bron: Independant (Grace Maher)