Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
IFOAM EU, EOCC en FTAO over de stroeve onderhandelingen:

"Huidige aanpak is een verlies-verlies-situatie voor de biologische sector"

Voorafgaand aan het debat bij de Raad van landbouwministers, dat op 12 juni plaatsvindt, staan koepelorganisaties binnen de biologische en fair trade sector een kritische houding voor. Zo moeten de onderhandelingen enige toegevoegde waarde bieden aan het bestaande wettelijke kader. Zo niet, dan moet er worden gezocht naar alternatieve invalshoeken.



Volgens IFOAM EU, EOCC en FTAO is de huidige aanpak van de onderhandelingen een verlies-verlies situatie gebleken voor instellingen, biologische producenten en consumenten. Er wordt volgens de instanties te weinig gedaan aan het wegnemen van obstakels die de ontwikkeling van de Europese biologische sector in de weg staan, het waarborgen van eerlijke concurrentie en het vereenvoudigen van de wetgeving met de bijbehorende bureaucratie.

Sinds de jaren '60 hebben Europese bioboeren gepleit voor strenge regels om kwaliteitsproducten van hoge kwaliteit te leveren volgens de principes van eerlijkheid, ecologie en gezondheid. Zij hebben aangedrongen op een sterke Europese bio-regelgeving. Dat resulteerde in 1991 tot de eerste EU bio-verordening.

"De toekomstige regelgeving moet technisch goed in elkaar steken en een significante meerwaarde leveren in vergelijking met de huidige wetgeving. Een win-win situatie is nog mogelijk door in de huidige bio-verordening de aspecten die tijdens de onderhandelingen zijn besproken te integreren", zegt IFOAM EU-directeur Christopher Stoppes.

"Het is van cruciaal belang dat de definitieve tekst leesbaar, consistent en makkelijk kan worden geïmplementeerd", voegt EOCC-bestuurslid Michel Reynaud toe. "Op dit moment is daar geen sprake van: de tekst laat op technisch vlak steken vallen. In het bijzonder op gebied van het controlesysteem en de invoerregeling. Het moet duidelijk zijn dat biologisch gebaseerd is op een procesbenadering en het niet kan worden gedelegeerd aan eenvoudig gereedschap, de laboratoriumtest, om uit te vinden of een product biologisch is of niet.

Hoewel West-Europa en Noord-Amerika 90% van de wereldwijde biologische markt vertegenwoordigen, komt 82% van de gecertificeerde biologische landbouwers uit Afrika, Azië en Latijns-Amerika. Deze producenten zijn voornamelijk kleine bedrijven die naar ontwikkelde markten exporteren", aldus Sergi Corbalan, uitvoerend directeur van FTAO.

"Het huidige voorstel hanteert een dubbele standaard voor verschillende landen: de EU accepteert verschillen in regels uit de VS, Canada of Japan, terwijl het van landen uit het 'zuiden' verwacht dat de regels vrijwel identiek zijn aan de Europese. Een boer uit Oeganda zou daarmee veel meer kosten en een zwaardere administratieve last moeten dragen. Er moet dringend een nieuwe en eerlijkere oplossing worden gevonden om deze dubbele standaard aan te pakken. De Europese Unie moet zich houden aan zijn toezeggingen dat zijn handels- en landbouwbeleid zal bijdragen aan duurzame ontwikkelingen in plaats van belemmereringen.

IFOAM EU, EOCC en FTAO erkennen de enorme inspanningen en werkzaamheden van de EU-instellingen die de afgelopen maanden betrokken zijn en zullen constructief bijdragen aan de ontwikkeling van het wetgevend kader.

Bron: IFOAM EU
Publicatiedatum: