De bacterie App is de veroorzaker van long- en borstvliesontsteking bij varkens. Een infectie met App kan snel en acuut verlopen met hoge sterfte tot gevolg, maar een infectie kan ook langdurig en milder verlopen met aantasting van het longweefsel en verminderde groei en borstvliesverklevingen als gevolg.
Knoflook en AMS
Van knoflook (Allium sativum) wordt verondersteld dat het de natuurlijke afweer bevordert, de bacteriegroei van App remt en soms de bacterie doodt. Na het eten van knoflook bevat de uitgeademde lucht sterk geurende stoffen. Deze stoffen worden geassocieerd met het verbeteren van de gezondheid. Het zijn omzettingsproducten van knoflook die via het bloed en de longen in de uitgeademde lucht komen. Een van die omzettingsproducten is AMS. AMS is afkomstig van allicine, een stof in knoflook. In het laboratorium toonden de onderzoekers eerst het remmende effect van AMS op de groei van App aan.Gevriesdroogde knoflookpoeder
AMS is een vluchtig omzettingsproduct en kan niet direct aan varkens worden gevoerd. Een praktijkproef met varkens toonde aan dat het voeren van gevriesdroogde knoflookpoeder aan varkens, in vergelijking met vers gepureerde knoflook en vloeibare allicine, leidde tot de hoogste concentraties AMS in het bloed.Pathologisch onderzoek
Door pathologisch onderzoek van de longen kon worden vastgesteld dat 47 procent van de varkens zonder knoflook de voor App typische longontsteking had ontwikkeld. In de met knoflook gevoerde groep was dit 27 procent van de varkens. Ook de ontstekingsverschijnselen waren in de controlegroep heftiger dan in de 'knoflookgroep'. Daarnaast is er in de controlegroep een associatie gevonden tussen ziektesymptomen van een longaandoening en aangetast longweefsel (p<0.001). Dit was niet het geval in de knoflookgroep (p=0.15). Deze varkens vertoonden wel de symptomen, maar ontwikkelden geen aangetast longweefsel. Ook deze bevinding zou erop kunnen duiden dat het afweersysteem van de varkens die knoflook hebben opgenomen de infectie beter kan beheersen.Klik hier om het hele artikel te lezen.
Voor meer informatie: Monique Mul, Wageningen UR Livestock Research
Bron: BioKennis