Bodemvochtsensor geeft ondersteuning bij beregenen
In 2010 hebben tien deelnemers in Limburg de bodemvochtsensor getest in de gewassen aardappel, waspeen, lelie en prei. Na een beregeningsgift blijkt geen water door te lekken naar een niveau onder de wortels. Door de beregening heeft het gewas goed gebruikgemaakt van de aanwezige stikstof.
De bodemvochtsensoren geven het vochtgehalte weer in lagen van 10 tot 50 centimeter diep. De gegevens worden centraal verwerkt en in grafieken weergegeven, zodat het verloop in de vochttoestand over een periode zichtbaar wordt. Elk uur van de dag kan de deelnemer op zijn computer lezen hoeveel vocht het gewas nog beschikbaar heeft. In combinatie met de weersvoorspelling wordt het verloop van de vochtlijnen voorspelt. Komen de vochtlijnen in de rode zone, dan wordt geadviseerd om te beregenen. De teler kan op het juiste moment beginnen met de beregening.
Het systeem blijkt zichzelf terug te verdienen door besparing van
beregeningsgiften of door meeropbrengsten. Nadeel is echter dat het bodemvocht op één plaats gemeten wordt en dat dit 'vertaald' moet worden naar andere percelen. DLV Plant heeft hiervoor een de DLV beregeningsplanner ontwikkeld, die de gegevens van de bodemvochtsensoren combineert met satellietbeelden. De planner bleek de trend van de vochttoestand goed te volgen. Doel van deze beregeningsplanner is om per perceel de actuele vochtsituatie in beeld te krijgen met een advies over wel of niet beregenen. In 2011 kunnen telers kennismaken met dit systeem.
Het project is mogelijk gemaakt en gesubsidieerd door de provincie Limburg, Platteland in uitvoering en Productschap Akkerbouw/Masterplan mineralenmanagement. De uitvoering was in handen van LLTB, DACOM, PPO-agv Vredepeel en DLV Plant.
Voor meer informatie: Tjitse Bouwkamp, Productschap Akkerbouw