Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Rapport RVO: 'Iedere boer telt'

"Duurzame boeren lopen vast op regels gericht op gangbare landbouw"

Duurzame en kleinschalige boeren in Nederland ondervinden structurele belemmeringen door wet- en regelgeving die vooral is toegesneden op de intensieve, grootschalige landbouw. Dat blijkt uit een verkenning van de RVO in samenwerking met de boerenorganisatie Caring Farmers. De bevindingen zijn gepubliceerd in het rapport 'Iedere boer telt', dat gelijktijdig verschijnt met aanvullende studies naar biologische en agro-ecologische bedrijfsvoering.

Volgens RVO en Caring Farmers bestaat breed het besef dat verschillende vormen van landbouw nodig zijn voor een toekomstbestendig voedselsysteem. In de praktijk blijkt echter dat regelgeving en financiële regelingen vaak onvoldoende aansluiten bij duurzame koplopers. Daardoor kunnen vernieuwende initiatieven zich moeilijk ontwikkelen, omdat de meeste overheidsinstrumenten zijn ingericht op de reguliere landbouw.

© RVO

Uit de inventarisatie komen verschillende knelpunten naar voren. Zo kampen kleine en duurzame bedrijven met schaalnadelen: keurings- en controleregels zijn doorgaans per bedrijf vastgesteld, waardoor de kosten relatief veel hoger uitvallen dan bij grote bedrijven. Ook zijn administratieve lasten aanzienlijk zwaarder. Diversere bedrijfsvoering – bijvoorbeeld gemengde bedrijven, strokenteelt of bedrijven met veel landschapselementen – past slecht in uniforme registratiesystemen. Hierdoor nemen tijd en kosten voor administratie toe.

Daarnaast worden boeren met duurzame keurmerken extra streng gecontroleerd, terwijl zij vaak veel meer verschillende gewassen telen of kleinere stromen verwerken. Boeren geven verder aan moeite te hebben met vergunningen en regelgeving rond het bouwen van stallen, het aanleggen van schaduwwerking of het planten van bomen. Extensieve bedrijven ervaren bovendien dat emissieberekeningen hun lagere milieu-impact onvoldoende erkennen.

Ook op het gebied van subsidies lopen koplopers tegen drempels aan. Regelingen zijn veelal gericht op technische oplossingen voor grootschalige bedrijven en vragen vaak een hoge eigen investering. Voor biologische bedrijven geldt dat mestregels, bedoeld om overschotten te reguleren, juist problematisch uitpakken vanwege mesttekorten. De eco-regeling sluit volgens de onderzoekers eveneens onvoldoende aan op natuurinclusieve bedrijfsvoering, waardoor duurzame bedrijven soms niet in aanmerking komen voor hogere vergoedingsniveaus.

Een opvallend voorbeeld betreft kleinschalige pluimveehouders: zo'n 180 boeren houden minder dan 250 kippen, omdat boven die grens dezelfde regels gelden als voor bedrijven met 20.000 dieren.

RVO ziet op basis van de bevindingen diverse aanknopingspunten om de landbouwtransitie beter te ondersteunen. Genoemd worden onder meer een tweesporenbeleid voor kleine duurzame en grote gangbare bedrijven, beter toegankelijke subsidies en nieuwe regelingen voor koplopers. Ook kijken vijf EU-landen al naar speciale regelingen voor kleinschalige boeren (Payments for Small Farmers), waarvan Nederland volgens de onderzoekers eveneens gebruik zou kunnen maken.

Dit rapport was al in februari klaar, maar werd pas gisteren door minister Wiersma naar de Kamer gestuurd.

Lees hier het volledige rapport

Bron: RVO

Publicatiedatum:

Gerelateerde artikelen → Zie meer