Daan de Vries startte honderd dagen geleden als operationeel directeur van het Louis Bolk Instituut. Na jarenlange ervaring in internationale duurzaamheidsprojecten wil hij nu bijdragen aan verandering dichter bij huis. Na de eerste honderd dagen voelt Daan de Vries (52) zich goed op zijn plek bij het Louis Bolk Instituut, ondanks dat hij een beetje een vreemde eend in de bijt is. "Ik ben een Delftenaar die in de landbouw en nu ook de gezondheidswereld is beland", zegt De Vries over zijn achtergrond.
© Louis Bolk Instituut
Hij studeerde werktuigbouwkunde in Delft en bedrijfskunde in Frankrijk. "Maar ik heb altijd al interesse gehad in natuur en duurzaamheid. Door reizen die ik maakte, kwam daar later ook de sociale kant bij." Die interesse bracht hem onder andere bij UTZ (later Rainforest Alliance), een organisatie die zich wereldwijd inzet voor duurzame voedselproductie en certificering daarvan. De afgelopen 4,5 jaar werkte hij aan verduurzaming van de sierteelt bij Stichting MPS. "Gaandeweg kreeg ik meer oog voor de uitdagingen hier in Nederland. Ik dacht: ga ik nou in het buitenland vertellen wat er duurzamer moet, terwijl we het hier zelf niet op orde hebben? Laat ik kijken of ik daar wat aan kan doen. Bij het Louis Bolk Instituut kan dat."
Duodirectie
De Vries vormt nu samen met Ilse Geijzendorffer de duodirectie bij het Louis Bolk Instituut. Zij is algemeen directeur, hij operationeel directeur. "Ilse heeft echt een wetenschappelijke achtergrond, die heb ik niet", zegt De Vries. "Zij is van de inhoud, het externe netwerk en de visie. Mijn rol is zorgen dat de tent draait: dat we projecten goed doen, dat mensen blij zijn met hun werk, en dat opdrachtgevers er echt wat aan hebben."
Nieuwe organisatiestructuur
Dat klinkt misschien als business as usual, maar dat is het niet. Een van zijn belangrijkste taken is het verder vormgeven van de nieuwe organisatiestructuur. "Er is veel voorbereid voor mijn komst, en daar bouwen we nu op voort. De oude indeling met vier programma's is vervangen door een matrix van negen thema's en vier groepen. We zoeken samen uit wat goed werkt. Uiteindelijk kunnen we met deze structuur beter inspelen op ontwikkelingen in het veld en sneller schakelen op nieuwe thema's."
Kennismaken
De eerste weken bij het Louis Bolk Instituut stonden in het teken van kennismaken en ook nieuwe inhoudelijke dingen leren. "Ik leerde dat het microbioom niet alleen in je lijf zit, maar ook in de bodem. Ik heb ook geleerd dat er verschillende soorten regenwormen bestaan en hoeveel tijd het kost om die te determineren. We kijken nu of AI dat proces kan versnellen", vertelt De Vries. Daarnaast zijn dingen opgevallen in de organisatie. "Hier lopen onderzoeksprojecten die vijftien jaar duren. Bijvoorbeeld samen met Staatsbosbeheer, naar de impact van duurzame landbouw op hun pachtgronden op biodiversiteit. En ik ben verrast door de breedte van het onderzoek hier, van pesticiden in babyvoeding tot het integreren van bomen en struiken in het landbouwsysteem."
Anders kijken. Scherper zien.
In wat hij om zich heen ziet, herkent hij de slogan van het Louis Bolk Instituut: 'Anders kijken. Scherper zien'. "Dat kwam ook sterk naar voren in een evaluatierapport uit 2023 dat ik tijdens mijn sollicitatie onder ogen kreeg. Een extern bureau heeft in opdracht van de overheid onderzocht wat volgens partners en opdrachtgevers het bestaansrecht van het Louis Bolk Instituut is. Wat maakt het Louis Bolk relevant in een speelveld waarin je al allerlei hele grote universiteiten hebt met veel meer onderzoekers? Het rapport was positief: onze kracht ligt in de combinatie van drie dingen: praktijkgericht onderzoek, een holistische blik en een wetenschappelijke benadering, zonder te verdwalen in abstractie of juist in microdetails. Die boodschap sprak me aan. En het past bij hoe mensen hier praten en werken."
Verjaardag
In 2026 bestaat het instituut 50 jaar. Dat wordt gevierd. De Vries is betrokken bij de voorbereidingen. "We starten in het voorjaar met een bijeenkomst voor oud-medewerkers, stagiairs, bestuurders, iedereen die heeft bijgedragen aan waar we nu staan. In het najaar volgt een groot evenement voor partners en opdrachtgevers. Door het jaar heen organiseren we nog meer, waarbij we ook de seizoenen gebruiken: iets planten, iets oogsten."
Is dat jubileum ook aanleiding om terug te kijken naar de wortels van de organisatie? "Natuurlijk doen we dat, en vooral naar hoe we zijn veranderd. Louis Bolk werd ooit sterk geassocieerd met antroposofie. Die band is losser geworden. Inmiddels werken we in onze projecten voor drie kwart met gangbare partijen in de agrarische en gezondheidssector, en een kwart met partijen die volgens een andere visie werken, zoals de biologische sector. Veel kennis is op meerdere plekken toepasbaar. Maar het wordt niet alleen een terugkijkfeestje, we kijken liever vooral vooruit. Wat gaan we in de volgende 50 jaar betekenen?"
Zorg krijgt meer aandacht
Kan De Vries een voorschot geven? "Als ik vooruitkijk, zie ik in Nederland een aantal belangrijke thema's: stikstof, klimaat, vergrijzing, zorgkosten. Je wilt dat beslissingen hierover goed onderbouwd zijn, geen fact-free politics. Daar kunnen wij bij helpen. Het Louis Bolk Instituut begon ooit met gezondheid, pas daarna kwam landbouw erbij. Nu is landbouw zo'n 70 tot 80 procent van ons werk. Maar voeding en gezondheid zijn maatschappelijk net zo belangrijk en worden steeds grotere thema's. Ik kan me voorstellen dat die balans daardoor verschuift. Niet door landbouw te verkleinen, maar door het andere uit te bouwen. Bovendien zijn er veel verbanden tussen landbouw, voeding en gezondheid, het past bij onze holistische aanpak om dat als geheel op te pakken. Daarin zie ik een belangrijke toekomstige rol voor ons."
Bron: Louis Bolk Instituut
