Het Louis Bolk Instituut publiceerde in een rapport over stikstofbeheer in de biologische akkerbouw dat in Nederland de nitraatconcentratie in het bovenste grondwater nog niet overal voldoet aan de EU-nitraatrichtlijn van maximaal 50 mg NO3-/liter. Ook binnen de biologische akkerbouw zijn maatregelen nodig om de grondwaterkwaliteit te verbeteren en de toekomstbestendigheid van de sector te waarborgen. Het sectorplan van BO Akkerbouw richt zich onder meer op kennisontwikkeling, zodat telers beter kunnen afstemmen hoe ze hun bemesting inzetten.
© Dmitry Kalinovsky | Dreamstime
Effecten biologische landbouw
Omschakeling naar biologische landbouw leidt tot verschillende positieve effecten, zoals meer biodiversiteit, lagere broeikasgasuitstoot en minder stikstofverliezen. De nitraatuitspoeling per hectare is over het algemeen lager op biologische akkerbouwbedrijven dan op gangbare bedrijven. Data over andere stikstofemissieroutes, zoals ammoniak en lachgas, in de biologische akkerbouw zijn beperkt, maar er zijn aanwijzingen dat deze emissies eveneens lager zijn.
Opbrengsten
Opbrengsten in de biologische akkerbouw liggen gemiddeld op 75–80% van de gangbare akkerbouw, met grote variatie per gewas en regio. Beschikbare stikstof is vaak de beperkende factor voor productie, waarbij zowel de totale hoeveelheid als de timing van stikstoflevering via mineralisatie cruciaal is. Mineralisatie van organisch materiaal in de bodem kan 40–50% van de stikstofopname van gewassen leveren, maar deze hoeveelheid is moeilijk in te schatten door de complexiteit van biologische, fysische en chemische processen in de bodem.
Groenbemesters en reststoffen
Groenbemesters, vanggewassen en gewasresten dragen bij aan de stikstofnalevering voor het volggewas. De bijdrage hangt af van mineralisatie en van het beheer van de gewassen, zoals inwerking of bewerking, maar hierover is weinig kwantitatieve kennis beschikbaar.
Organische mest
Organische meststoffen leveren stikstof via mineralisatie, waarbij snelheid en hoeveelheid vrijkomende stikstof afhankelijk zijn van bodemtemperatuur en vocht. In perioden waarin mineralisatie traag verloopt, zoals in het vroege voorjaar, kunnen tekorten ontstaan. Optimalisatie van stikstofbenutting uit organische meststoffen blijft daarom een belangrijk aandachtspunt.
Lees het volledige rapport hier.
Voor meer informatie:
Louis Bolk Instituut
Kosterijland 3-5
3981 AJ Bunnik
0343 523860
[email protected]
www.louisbolk.nl
