Urgenda lanceert het 'Zeven-vinkjes-project', een nieuw verdienmodel dat boeren die natuurinclusief werken beloont. Boeren die vijf tot zeven van de volgende zeven praktijkvinkjes toepassen, ontvangen 1.000 euro per hectare per jaar, gedurende tien jaar. Boeren kunnen 30 hectare inzetten onder het transitieplan. Zo kan de ondersteuning oplopen tot 30.000 euro per bedrijf per jaar. Dit biedt financiële zekerheid om de omslag naar duurzamere landbouw te maken.
© Ruud Morijn
De zeven vinkjes voor regeneratieve landbouw zijn:
- Zorgvuldig bodembeheer: teelt uit volle grond met methoden die bodemleven verrijken of sparen, zoals minimale grondbewerking, vaste rijpaden en vruchtwisseling.
- Hoge plantbiodiversiteit: minimaal 15 verschillende plantensoorten per hectare, inclusief oogstbare en niet-oogstbare soorten.
- Extensieve veeteelt: maximaal 1,5 Groot Vee Eenheid per hectare, met veel weidegang en minimaal transport van vee, mest en voer.
- Minimaal gifgebruik: geen kunstmest en sterk teruggedrongen gebruik van milieubelastende bestrijdingsmiddelen.
- Integratie van landschapselementen: heggen, hagen, poelen, bloemranden en voedselbossen op minimaal 10% van de landbouwgrond.
- Langdurige instandhouding: landschapselementen blijven minimaal 20 jaar onderdeel van het bedrijf.
- Dier- en natuurwaardige bedrijfsvoering: gericht op het creëren van een fijnmazig netwerk van agrarische natuur.
In 2025 start een pilot met 10 tot 20 akkerbouwers en melkveehouders. Samen met Wageningen Universiteit monitort Urgenda de ecologische en economische effecten. Het project wil boeren ondersteunen met heldere criteria en langdurige financiële steun, zodat ze sneller kunnen bijdragen aan een duurzaam voedselsysteem.
Bron: Urgenda