Het ministerie van LVVN heeft in januari 2025 een kwalitatief onderzoek laten uitvoeren naar de ervaringen van ondernemers met het importeren van biologische zendingen via Nederland. In het eindrapport geeft het onderzoeksbureau een overzicht van aanbevelingen, die een leidraad vormen voor het ministerie en haar ketenpartners bij het herinrichten van de importketen, waarmee ze voldoen aan de Europese wet- en regelgeving.
© Ammentorp | Dreamstime
Ervaringen importeurs
Het basisproces voor de import van biologische producten wordt over het algemeen positief ervaren door importeurs en dienstverleners. De meeste zendingen verlopen naar tevredenheid en zonder noemenswaardige incidenten, al blijft het een werkintensief proces dat goed ingericht en geborgd moet worden. Importeurs voor wie bio slechts een klein deel van hun portfolio is, beschouwen bio-importen als 'rode-vlag-zendingen' waarvoor extra alertheid geldt. Ervaring en samenwerking met vaste partijen zorgen voor een soepeler proces. Informatie over het importproces ontvangen importeurs vooral via e-mail en nieuwsbrieven, met telefonische contacten bij spoed, waarbij ruime bereikbaarheid essentieel blijft.
Bevorderende factoren
Ervaring en het inzetten van dedicated medewerkers die op de hoogte zijn van actuele wet- en regelgeving bevorderen een soepel bio-importproces. Gestandaardiseerde werkprocessen, flexibiliteit en coulance van ketenpartners en instanties dragen hier eveneens aan bij, evenals de maximale bereikbaarheid van partijen met actuele kennis en deskundigheid. Tegelijkertijd ervaren importeurs en dienstverleners knelpunten zoals het niet kunnen herstellen van fouten of het ontbreken van gegevens in TRACES, onduidelijkheden bij het invullen en vertragingen bij vrijgave. Onbereikbaarheid en een gebrek aan deskundigheid of coulance op kritieke momenten kunnen leiden tot afgewaardeerde zendingen en financieel verlies voor importeurs en dienstverleners.
Praktische communicatie
Voor een werkbaar bio-importproces vragen importeurs en dienstverleners om begrijpelijke communicatie die praktisch toepasbaar is op operationeel niveau. Onzekerheid bij leveranciers over de invulling van het COI vraagt om duidelijke uitleg en praktische voorbeelden, afgestemd op taal en gebruikte termen. Men ziet kansen in koppelingen tussen bestaande digitale systemen en TRACES om processen efficiënter te maken. Flexibiliteit bij het invullen en aanpassen van vakken 20, 24 en 30 in TRACES wordt als belangrijk ervaren, evenals eenduidigheid in regels en definities. Snelle en bereikbare ondersteuning vanuit Douane en Skal is essentieel, net als uitleg over Europese regels en de Nederlandse uitvoering daarvan.
Behoefte aan duidelijkheid
Voor de veranderingen per maart 2025 is sterke behoefte aan duidelijke uitleg over het waarom, de noodzaak en de gevolgen voor de praktijk. Importeurs en dienstverleners willen weten wat de aanpassingen concreet betekenen om compliant te blijven en processen tijdig aan te passen. Heldere communicatie vanuit Skal, webinars, schriftelijke informatie en persoonlijke contactmogelijkheden worden als belangrijk gezien. Er is behoefte aan een proefperiode waarin nog fouten gemaakt mogen worden en aan ruime bereikbaarheid en adequate hulp.
Lees het volledige rapport hier.
Bron: Rijksoverheid
