Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Pieter Vandooren

“Huidige droogte laat zien dat waterproblematiek een tastbaar probleem is geworden”

Belgische groententelers staan dit jaar onder druk door lange droogtes. Gebrek aan neerslag, wateronttrekkingsverboden en hoge kosten maken irrigatie moeilijk. Jonge gewassen komen slecht op en oogsten vallen tegen. Hoewel technologische en structurele oplossingen bestaan, zoals bufferbassins en waterhergebruik, lossen deze nog lang niet altijd de problemen op. Zonder ingrijpende investeringen en ondersteuning dreigen de marges verder onder druk te komen en kan de toekomst van de groententeelt in Vlaanderen en België in gevaar raken.

© Pieter Vandooren

"Voor ons is het nog niet nijpend," zo geeft biologisch teler Pieter Vandooren aan. Op dit moment is de teler uit het Vlaamse Hooglede druk bezig met knolselderij, venkel, pompoen, prei en bloemkool. "Vanuit de aardappelsector zijn er al geluiden dat er snel wat regen moet gaan vallen. Voor de uien en sjalotten is de situatie al nijpend. Ik denk dat we in de laatste drie maanden maximaal 30 liter water hebben gehad, dus dat is zeer droog. Voor nu kunnen wij het zelf nog aan met beregenen, maar het wordt een spannende zomer. We zeggen al maanden dat er wel buitjes zullen gaan vallen, maar tot nu toe is dat nog niet echt het geval geweest."

"We hebben de afgelopen maand wel wat buitjes gehad, maar dat is in totaal ook maar zo'n 35 liter. Dat betekent niet gelijk een einde aan de zorgen," gaat de teler verder. "We zien nu temperaturen van boven de 25, en soms zelfs 30 graden, wat je gelijk aan de teelten op het veld ziet. Ze zien af door de droogte. Bovendien wordt ook gelijk verschil in percelen duidelijk. Hoe men omgaat met de grond, de hoeveelheid koolstof in de grond en welke percelen te intensief bewerkt zijn in het voorjaar, laten zien dat bij de een de planten een stuk meer afzien dan bij de andere. De gevolgen zijn bij ons nog te overzien. We hebben een beek, die door onze akkers loopt, wat weer enigszins aangevuld is door de buitjes."

"Bovendien hebben we persoonlijk nog het geluk dat we in het verleden geïnvesteerd hebben in watervoorziening. Zo hebben we waterputten aangelegd. De aarde mochten we destijds aanwenden om laaggelegen percelen op te hogen, maar vandaag de dag mag dit niet meer. Daar plukken we nu de vruchten van. Of althans, we kunnen hierdoor nu nog voldoende beregenen, maar we zien dat veel collega's dit niet hebben. Die rekenen op rivieren of beken om water te betrekken, maar men begint nu al met onttrekkingsverboden. Als het vervolgens nog even droog blijft, zal dit zich meer en meer uitbreiden."

© Pieter Vandooren

Het zal toch wel een keer gaan regenen?
De eigen watervoorziening betekent, zo stelt Pieter, overigens niet dat er voor hem helemaal geen problemen op de loer liggen. "Met de 25 tot 30 graden en droogte van nu heb je elke week 20 tot 30 liter water nodig om alles te beregenen. De pompoenen moeten we gericht beregenen, omdat het op zware grond zit. Knolselderij zijn we voor de zoveelste keer aan het beregenen. Hetzelfde geldt voor venkel, bloemkool en de boontjes. Dat is veel werk en vraagt ook veel water, dus dat kan voor ons ook tot spannende tijden leiden. Toch zeg ik altijd: 'Het probleem moet je pas oplossen als het er is'. We zijn nu aan het aftellen tot eind september en als het droog blijft, hebben we een probleem. De zomer kunnen we hopelijk overbruggen, maar er moet wel wat gaan vallen. Alleen, het zal toch weer een keer gaan regenen? Desalniettemin zeiden we dat een maand geleden ook en het is nog altijd niet gebeurd. Het betekent dat je toch altijd rekening moet houden met hoe het zich ontwikkelt."

"Dat is ook het leuke van boeren," zegt Pieter met een voorzichtige glimlach. "Elk jaar is anders en je bent simpelweg afhankelijk van de natuur. Als je geen verrassingen wil, moet je maar in een fabriek gaan werken. Hier kun je niets met zekerheid zeggen. Kijk bijvoorbeeld naar de aardappelsector. Daar ging iedereen uit van een hele goede oogst door het vroegtijdig planten en goede weer. Nu zijn er toch ook weer berichten dat het allemaal wat lager uit kan gaan vallen."

Kan markt soms in balans brengen
Uiteraard is deze droogte voor de telers niet gewenst, maar helemaal slecht uitpakken voor de markt hoeft het niet. "Voor sommige producten is het misschien niet eens zo'n slechte ontwikkeling. Met name in het gangbare is alles flauw in prijs, omdat veel goed gelukt is. Er was veel zon, alles was op tijd geplant en iedereen had nog water, waardoor de opbrengsten in veel vollegrondsgroenten hoog waren. Wat minder product in de komende periode kan de markt dan wat compenseren. In biologisch is het overigens net anders, want daar gaat alles op contract, in tegenstelling tot conventionele groenten op de klok, waardoor er minder schommelingen zijn. Het heeft de laatste twee jaar het verschil in prijs tussen gangbaar en bio flink verkleind, maar dit jaar is er toch weer een aanmerkelijk verschil in prijsvorming."

Dit is echter meer vanuit het moment bekeken, want naar de toekomst is het, zo geeft Pieter aan, wel degelijk een situatie waar zowel teelt als handel meer en meer rekening mee moet gaan houden. "Als teeltbedrijf kijken we uiteraard naar manieren om onszelf te beschermen tegen te veel of te weinig water. Dit zit hem voornamelijk in opslag. Zo zouden we onze buffer graag willen vergroten en moeten we kijken naar manieren om het opvangen te optimaliseren, zodat we gebruik kunnen maken van het water wanneer we het nodig hebben. Uiteraard maken we hierbij ook keuzes in samenspraak met de overheid, want het is een groot probleem, die van bovenaf opgelost moet gaan worden. Toch willen wij er voor onszelf ook ons steentje in bijdragen."

© Pieter Vandooren

Probleem is tastbaar
Luc Vanoirbeek, secretaris van het VBT, gaf al eerder aan dat waterproblematiek niet langer een probleem voor de lange baan is, maar tastbaar is geworden. "We krijgen steeds vaker te maken met weersextremen. In deze tijden wisselen zeer droge periodes af met zeer natte periodes. Het punt is dat alles veel te extreem is, dus we zullen moeten werken aan systemen die in staat zijn om het water op te vangen, sneller af te voeren, of juist te recupereren als het nodig is. Dat zijn bijna infrastructurele maatregelen, die zich zullen opdringen, waar we vanuit Europees niveau de helpende hand in kunnen bieden. Dan is niet alleen in Zuid-Europa precair, maar ook noodzakelijk in de rest van Europa."

"België en Nederland zullen moeten kijken hoe ze in de toekomst omgaan met water. Er is geen tekort, maar het valt zeer wisselvallig. Als we naar het moment kijken is droogte het probleem, maar twee maanden geleden was wateroverlast nog een thema. De zekerheden van een zomer en winter zijn voorbij. Alles loopt door elkaar. Het is onze rol om er voortdurend mee bezig te zijn om eenieder zich te kunnen laten wapenen tegen niet alleen de droogte, maar ook andere weersextremen."

Dit artikel verscheen eerder in editie 6, 39e jaargang van Primeur. Zie hiervoor www.agfprimeur.nl.

Voor meer informatie: [email protected]

Gerelateerde artikelen → Zie meer