Bio-bedrijven in EU gemiddeld groter dan gangbare bedrijven

Er is een nieuw rapport verschenen over de situatie in de Europese biologische landbouw in 2011. Dit rapport is opgesteld door de Europese Commissie, met steun van Eurostat en het OrganicDataNetwork-project. Uit het rapport blijkt onder meer dat biologische bedrijven in de EU gemiddeld groter zijn dan de gangbare bedrijven. Ook tonen de gegevens aan dat biologische boerderij-managers gemiddeld over het algemeen jonger zijn dan de conventionele Europese boeren. Conventionele bedrijven worden wel vaker gerund door mannen. Uit vergelijking van de opleidingsgegevens blijkt dat vrouwen die werkzaam zijn in de biologische landbouw vaker een beroepsgerichte opleiding hebben gevolgd dan vrouwen die werken op gangbare bedrijven.

In 2011 stonden in de EU-27-landen meer dan 270.000 bio-bedrijven (producenten, verwerkers en importeurs) geregistreerd. Een groot deel van deze bedrijven (ongeveer 235.000), was actief als agrarische producent, die ook bio-producten verwerkt en/of importeert. Het merendeel daarvan was actief in de EU-15-landen.

In 2002 telde de EU 11.600 producenten, in 2011 waren dit er meer dan 50.000. Dit is mede het gevolg van extra financiering vanuit de EU.

Biologische bedrijven zijn actief in zowel de akkerbouwgewassen als fruitboomgaarden, evenals dierlijke sectoren. Cijfers tonen aan dat op EU-niveau in beide soorten van productie een positieve trend geregistreerd is. Maar wat voor soort plantaardige of dierlijke producten zijn afkomstig uit de biologische productie?

Uit gegevens blijkt dat blijvend grasland het grootste aandeel vertegenwoordigt als het gaat om bio-areaal (ongeveer 45%), gevolgd door de sector granen (ongeveer 15%) en blijvende teelten (ongeveer 13%).

Schapen (46%) en runderen (30%) zijn de belangrijkste vormen van biologische dierlijke productie op Europees niveau, met uitzondering van pluimvee. Echter, ook andere vormen van dierlijke productie in de EU-27 verdienen een vermelding, zoals varkens (10%) en geiten (6%).

Klik hier voor het hele rapport.