The Milk Story legt verschil tussen weidemelk en biologische melk
Soms roept een antwoord nog meer vragen op, daarom vroegen we onze stagiair Jorrit Kiewik wat dieper in te gaan op sommige ingewikkelde concepten en termen.
Finke: "In de biologische melkveehouderij moeten alle koeien altijd vrije toegang hebben tot weidegrond als de weers-, bodem en gezondheidsomstandigheden dat toelaten. Dus biologische koeien hebben als het kan altijd de mogelijkheid tot weiden."
Kiewik: "Of het kán, ligt dus vooral aan het grasaanbod. Begin april is er bijvoorbeeld nog niet genoeg gras en zouden de koeien het aanwezige gras binnen een paar dagen helemaal weggegraast hebben. Als je dan juist wacht met beweiden dan gaat de temperatuur van de bodem omhoog en geef je het gras de kans in het groeiseizoen te komen. Het gras groeit dan beter en sneller. Eind oktober stopt het weideseizoen weer omdat de draagkracht van de grond dan drastisch achteruit gaat. Het wordt dan modderig en het grasland zou kapot gaan als de koeien het gras tot modder vertrappen. Sporadisch komt er ook in juli een natte periode voor in Nederland. Wat je ziet is dat de koeien dan niet voldoende gras op kunnen nemen omdat het dan te nat is."
Finke: "Maar biologische melkveehouderij is méér dan alleen weidende koeien. Zo is er geen preventief antibiotica gebruik. In de reguliere melkveehouderij wordt vaak antibiotica gebruikt bij het droogzetten van de koeien." Kiewik: "Droogzetten, is de periode waarin er gestopt wordt met melken met als doel het uierweefsel te laten herstellen voor een nieuwe lactatie periode. In de biologische melkveehouderij worden geen preventieve antibiotica gebruikt bij het droogzetten, maar alleen als er problemen zijn."
Finke: "Ook is het voer van biologische herkomst en dus geproduceerd zonder chemische gewasbeschermingsmiddelen en kunstmest." Kiewik: "Kunstmest compenseert het tekort aan voedingsstoffen in de bodem, denk hierbij aan stikstof, kali en fosfaat. Dit mag de gangbare boer, in tegenstelling tot de biologische boer, wél gebruiken om zo een optimale productie van zijn grond te halen."
Finke: "Biologische landbouw is daarnaast grondgebonden, dit betekent dat het vee met haar in- en uitvoer in balans is met de aanwezige grond. Er is dus een duidelijke relatie tussen dier, mest en voer. De bodem is de basis van de landbouw. Een gezonde bodem geeft gezond voer voor de koeien die weer gezonde mest oplevert, die weer goed is voor de bodem. De kringloop is dan rond!"
Kiewik: "Een kenmerk voor weidemelk is dat de koe vanaf het voorjaar tot het najaar tenminste 120 dagen, 6 uur per dag buiten moet lopen. Bij reguliere melk wordt deze eis niet gehaald. Om weidegang verder te stimuleren geven zuivel ondernemingen als CONO Kaasmakers, Royal FrieslandCampina en Bel Leerdammer, bijvoorbeeld, ook weidepremies, bovenop de standaard betaalde prijs voor een kilo melk wordt er dan extra geïnvesteerd in de weidemelk."
Bron: The Milk Story