NVWA verklaart waarom toch eieren met fipronil op de markt kunnen worden aangetroffen
De NVWA heeft in 2017 alle stallen geblokkeerd waar het toegestane gehalte fipronil in eieren werd overschreden. Als na monstername door de NVWA blijkt dat de eieren minder dan 0,010 milligram per kilo fipronil bevatten, heft de NVWA het afvoerverbod van de eieren op. De NVWA hanteert bij het vrijgeven van stallen om juridische redenen een meetonzekerheid van 50% dat wil zeggen dat uitgaande van de maximale residulimiet van 0,005 milligram per kilo er vrijgegeven wordt bij een waarde kleiner dan 0,010 milligram per kilo.
Eieren met een fipronilgehalte van 0,005 milligram per kilo hoger mogen echter niet in de handel gebracht worden. Dat geldt ook als de eieren afkomstig zijn uit een stal die al door de NVWA is vrijgegeven. De schakels in de eierketen zijn zelf verantwoordelijk om dit te controleren alvorens de eieren op de markt worden gebracht. Wanneer één van de schakels in de eierketen weet heeft van een analyseresultaat van een fipronilgehalte boven de norm, moet die zijn verantwoordelijkheid nemen en ervoor zorgen dat de eieren niet in de handel worden gebracht. De NVWA neemt zelf ook monsters in de supermarkten om te controleren of de bedrijven daadwerkelijk hun verantwoordelijkheid nemen.
Op dit moment worden elke 3 weken ruim 100 monsters van elk 12 eieren genomen op verschillende locaties. Tot op heden zijn er in deze monitoring geen eieren met een zodanig fipronilgehalte aangetroffen dat deze een gevaar voor de volksgezondheid zouden opleveren. De betrokken bedrijven worden over de resultaten geïnformeerd en gewezen op hun verantwoordelijkheid. De uitslagen van deze steekproef worden ook op de NVWA-site gepubliceerd. Het kan dus toch gebeuren dat er eieren met een fipronilgehalte boven de norm op de markt komen, zo blijkt. De sector moet deze eieren zelf uit de markt halen. Naar de oorzaken van dat te hoge fipronilgehalte doen de pluimveehouders zelf onderzoek.
Bron: NVWA via FoodHolland