Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Van biologisch landbouwareaal is 71% grasland

In 2023 telt Nederland 88.000 hectare biologische landbouwgrond. Dat is 8.000 hectare meer als het jaar ervoor. Het percentage landbouwgrond waarop biologisch wordt geboerd ligt op bijna 5 procent. Van het biologische landbouwareaal is 71 procent grasland, 20 procent akkerbouwgrond, 4 procent tuinbouwgrond en 4 procent groenvoedergewassen. Dit meldt het Compendium voor de Leefomgeving (CLO).

Areaal biologische landbouwgrond neemt langzaam toe
Tussen 2011 en 2023 is het areaal biologische landbouw met 85 procent gegroeid van 47.000 naar 88.000 hectare. De groei vindt vooral plaats in het areaal tuinbouw open grond (plus 102 procent), grasland (plus 91 procent) en akkerbouw (plus 75 procent). Daar waar de andere vormen van landbouw jaarlijks een groei van het areaal laten zien, verloopt de groei in omvang van het areaal tuinbouw onder glas grilliger. Er zijn jaren dat het areaal groeit en jaren dat het areaal afneemt. Ten opzichte van vorig jaar is dit areaal gelijk gebleven. In 2023 is het biologisch landbouwareaal bijna 10 procent groter dan in het jaar ervoor. In 2023 bestaat het biologisch landbouwareaal voor 63.000 hectare uit grasland, voor 18.000 hectare uit akkerbouwgrond, voor 4.000 hectare uit tuinbouw (open grond), voor 3.000 hectare uit grond met groenvoedergewassen en voor 179 hectare uit tuinbouw (onder glas). Het betreft hier de areaalgroottes van zowel gecertificeerd biologische bedrijven als ook bedrijven die in omschakeling zijn.

Areaal per provincie
De provincies Flevoland (15 procent), Friesland (14 procent) en Gelderland (13 procent) hebben in 2023 het grootste aandeel in het totale areaal biologische landbouwgrond in Nederland. Het biologisch areaal is het kleinst in de provincies Limburg (3 procent) en Zeeland (3 procent). De andere zeven provincies dragen elk zo'n 6 tot 9 procent bij.

Biologische veestapels
In 2023 worden er op de landbouwbedrijven 118.000 varkens, 92.000 biologische runderen, 52.000 biologische geiten en 16.000 biologische schapen gehouden. Er worden op de landbouwbedrijven 3.328.000 biologische kippen gehouden. Hiervan is het grootste deel leghennen (92 procent).

Certificering
Bij de biologische landbouw wordt geen gebruik gemaakt van kunstmest en chemische gewasbeschermingsmiddelen. Daarnaast zijn er voorschriften voor het gebruik van krachtvoer en diergeneesmiddelen en voor de mogelijkheid voor dieren om naar buiten te gaan. Een landbouwbedrijf mag pas de producten als biologisch verkopen als het een omschakelingsperiode van één tot drie jaar heeft ondergaan en aan de normen van de biologisch certificeringsinstantie Skal heeft voldaan.

Biologische landbouw in andere Europese landen
In 2021 bedraagt het aandeel van de biologische landbouw in het totale Nederlandse landbouwareaal 4 procent. In vergelijking met andere Europese landen is de biologische landbouwsector in ons land klein. Het aandeel biologische landbouwgrond in het totale landelijke landbouwareaal was in 2021 flink groter in Oostenrijk (26 procent in 2020), Estland (23 procent) en Zweden (20 procent). (Eurostat, 2024).

Klik hier voor meer informatie.

Foto: Dreamstime

Publicatiedatum: