Dermatologen waarschuwen voor conserveringsmiddel Methylisothiazolinone in cosmetica
Op aandringen van dermatologen uit verschillende Europese landen gaat het wetenschappelijke comité van de EU, de Committee on Consumer Safety (SCCS), dit conserveringsmiddel opnieuw beoordelen. "Mensen kunnen soms jaren zonder problemen een product gebruiken en dan ineens een allergische reactie krijgen", aldus Joke Herremans, hoofd van de afdeling Consumenten en Productveiligheid van het RIVM. De problemen komen vooral voor bij crèmes, omdat die direct op de huid worden aangebracht. Maar Methylisothiazolinone (MI) kan ook zitten in andere soorten make-up, shampoo, zeep, schoonmaakmiddelen, wasverzachters en billendoekjes voor baby's .
Bij VUmc in Amsterdam komen steeds meer patiënten binnen met een huidallergie die is veroorzaakt door dit conserveringsmiddel. Dermatoloog Thomas Rustemeyer heeft sinds een paar jaar het aantal patiënten met deze vorm van allergie zien stijgen. "Sinds 2004 hebben we 4.870 patiënten getest op deze stof. Daarvan bleken 472 patiënten allergisch te zijn", aldus Rustemeyer. Dat is ongeveer 10% van de geteste patiënten.
Gebruik van producten met Methylisothiazolinone kan vervelende gevolgen hebben. "Huidreacties treden meestal pas 24 uur na blootstelling op, of nog later", legt Herremans uit. "Het ziet er meestal uit als huiduitslag met roodheid, schilfering en jeuk. Soms komen ook slijmvliesklachten of benauwdheid voor."
Zonder deze middelen bederven producten sneller. Daarom pleiten sommige dermatologen niet voor afschaffing van het middel, maar voor alternatieven of een lager toegestane hoeveelheid in een product. Zo ook Harma Stenveld, (arbeids)-dermatoloog van het Rijnstate Ziekenhuis in Arnhem: "Ik vind dat dit conserveringsmiddel vervangen moet worden door een ander middel. Natuurlijk kan het helpen als de concentratie verlaagd wordt, maar dan zou het best eens kunnen dat de effectiviteit afneemt en spullen bederven. Er zijn wel al alternatieven, maar die zijn soms duurder en niet altijd even effectief." Dermatoloog Thomas Rustemeyer onderschrijft dit: "De concentratie moet zeker omlaag, maar dat hangt van het product af. Vooral in producten die je direct op de huid aanbrengt, zoals gezichtscrème, moeten de concentraties lager zijn dan in bijvoorbeeld douche- en wasproducten."
Op schoonheidsproducten staat het ingrediënt vaak vermeld op de verpakking. Maar bij schoonmaakmiddelen is dit meestal niet het geval. "Tot voor kort was het vooral een probleem bij professionele gebruikers, als kappers en schoonmakers”, zegt dermatoloog Harma Stenveld. "Maar tegenwoordig zien we het in toenemende mate bij de hele bevolking voorkomen. Vrouwen hebben het vaakst last van deze allergie, waarschijnlijk omdat zij de meeste cosmetica gebruiken."
In juni hadden Britse dermatologen al gewaarschuwd voor een dreigende epidemie van deze huidallergie. In Nederland is er tot op heden geen aandacht over geweest. Harma Stenveld heeft daar een antwoord op: "Dat komt omdat het bij ons dermatologen heel lang bekend is, maar dat is nooit naar buiten gecommuniceerd. We hebben ons onvoldoende gerealiseerd dat de consument dit helemaal niet weet. Het is goed dat de consumenten bewuster zijn van de risico's."
Bron: Altijd Wat Monitor