Defensie wil in Zeeland laagvliegoefeningen doen met helikopters. ZLTO organiseerde een gesprek tussen de staatssecretaris van Defensie en boeren die zich zorgen maken om hun dieren.
© Pictureone.net | Dreamstime
Zorgen over laagvliegen
Deze week ging staatssecretaris van Defensie Gijs Tuinman in gesprek met een zaal vol Zeeuwse boeren. Op uitnodiging van ZLTO bezocht hij de provincie Zeeland om uitleg te geven over zijn plannen binnen het Nationaal Programma Ruimte voor Defensie. Defensie wil de komende jaren namelijk meer laagvliegoefeningen uitvoeren – van 1.300 naar 2.500 vlieguren per jaar – waarvan een deel boven Zeeland. Boeren uit de zaal uitten hun zorgen over de gevolgen voor dieren in de wei. 'Paarden en koeien kunnen in paniek raken', klonk het meermaals.
ZLTO-bestuurder Joris Beacke benadrukte het belang van een open dialoog tussen landbouw en defensie. Volgens de staatssecretaris wordt de precieze invulling van het programma in samenwerking met de twaalf provincies opgesteld. Daarbij wil hij ook de landbouwsector, via ZLTO, nadrukkelijk betrekken.
Waarschuwingssysteem
ZLTO pleitte eerder al voor een waarschuwingssysteem, vergelijkbaar met een buienradar, waarmee agrariërs tijdig kunnen zien wanneer en waar laag wordt gevlogen. Tuinman reageerde positief op dat idee en liet weten dit te willen uitwerken. 'Voor kerst willen we dat boeren via zo'n systeem kunnen zien wanneer er gevlogen wordt', aldus de staatssecretaris.
Betrekken en compenseren
Tuinman benadrukte dat agrariërs weten bij wie ze terecht kunnen met hun zorgen of vragen, ook als het gaat om mogelijke schade of compensatie. 'We moeten het samen doen', zei hij. Hij was het eens met de suggestie van een paardenhouder om een uur voor het overvliegen een alert te geven, zodat de paarden binnengezet kunnen worden.
Tijdens het vragenrondje hadden de aanwezigen het niet alleen over risico's. Eén boer merkte op dat de laagvliegoefeningen misschien ook iets goeds kunnen opleveren: 'Misschien blijven de ganzen dan wel weg van mijn percelen.'
Vervolg
In december neemt het kabinet een definitief besluit over de invulling van het programma. De eerste laagvliegoefeningen worden pas verwacht tussen 2030 en 2035.
ZLTO blijft het onderwerp volgen en zal de belangen van agrariërs blijven inbrengen in het overleg met Defensie en de provincie. Staatssecretaris Tuinman gaf op zijn beurt aan met ZLTO te blijven samenwerken en afstemmen.
Bron: ZLTO