In mei werd op de Landbouw- en Visserijraad door een groot aantal lidstaten een duidelijk signaal richting de Europese Commissie afgegeven dat ook na 2027 de huidige structuur van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) met twee pijlers behouden moet blijven en er voldoende geld beschikbaar voor moet zijn. De Nederlandse regering heeft daar nog geen positie over ingenomen, zo meldt minister Wiersma van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur aan de Tweede Kamer.
In februari heeft de Europese Commissie de mededeling 'De weg naar het volgende Meerjarig Financieel Kader' gepresenteerd. Hierin geeft de Europese Commissie aan te willen gaan werken met een plan voor iedere lidstaat met hervormingen en investeringen, dat is opgesteld in samenwerking met nationale, regionale en lokale autoriteiten. Het weerspiegelt het voornemen om verschillende programma's - waaronder het GLB -samen te voegen tot een enkel financieringsinstrument en nationale plannen van lidstaten als uitgangspunt te nemen voor de uitgaven van de lidstaten.
In mei werd op de Landbouw- en Visserijraad door een groot aantal lidstaten een duidelijk signaal richting de Europese Commissie afgegeven dat ook na 2027 de huidige structuur van het GLB met twee pijlers behouden moet blijven en er voldoende geld beschikbaar voor moet zijn. De Nederlandse regering heeft nog geen positie ingenomen. Het kabinet wacht de verdere voorstellen van de Europese Commissie af. Omdat deze voorstellen nog niet zijn gepubliceerd is het onduidelijk welke mogelijkheden geboden gaan worden.
In de Landbouw- en Visserijraad heeft Wiersma eerder aangegeven dat ze voorstander is van een doorontwikkeling van het huidige prestatiemodel voor de strategische GLB-plannen. Daarbij geven de huidige in het GLB beschikbare regelingen al ruime mogelijkheden om het GLB op de Nederlandse behoeften in te richten. Het in stand houden van dit instrumentarium heeft daarom ook de voorkeur van de minister.
In de 'Visie op landbouw en voedsel' van Europees Commissaris Hansen van Landbouw en het onlangs uitgekomen vereenvoudigingsvoorstel voor het huidige GLB wordt voorgesorteerd op een verandering van de werkwijze met conditionaliteiten voor areaalgebonden regelingen. Wiersma verwacht dat deze nieuwe werkwijze wordt voortgezet in het nieuwe voorstel voor het GLB na 2027. Dit zou betekenen dat de hierbij beoogde doelen worden gerealiseerd via stimulering in plaats van via een verplichting. Wiersma wacht de voorstellen daarover af, maar vindt deze richting sympathiek klinken.
Daarnaast zet Wiersma in op meer subsidiariteit voor de lidstaten waardoor het GLB gericht kan worden op de nationale situatie en behoeften. Daarbij is vereenvoudiging een belangrijk uitgangspunt. Om dat te realiseren zullen besluiten nodig zijn om de complexiteit te verminderen. Dit kan door bepaalde onderdelen of stimulering in een nieuwe GLB niet meer aan te bieden, wat gerichte keuzen vraagt.
Bron: Ministerie van LVVN