Tholen - Biologische zachtfruittelers zijn dunbezaaid. In het Zeeuwse Oud-Sabbinge zit er een: Biodynamisch Fruitteeltbedrijf De Ring. Qua omvang is het voor biologische begrippen een redelijke speler. Om de stap van natuurvoedingswinkel naar de supermarkt te kunnen maken, is er een groter areaal nodig en moet er door de verschillende telers nauw worden samengewerkt.
Harald en Margreeth Oltheten kwamen in 1992 in Oud-Sabbinge terecht. "Tijdens mijn middelbare schooltijd had ik een vakantiebaantje in de aardbeien", vertelt Harald. "Op een beurs kwam ik toen een stand van Warmonderhof tegen. Ik ging wonen en leren op deze school voor biodynamische landbouw. Fruitteelt was het leukst en daar wilde ik mee verder. De grond in de Betuwe was duur, zo’n 60.000 gulden per hectare en in Zuid-Beveland maar 18.000 per hectare. Ik hoorde dat iemand dit bedrijf in Oud-Sabbinge ter overname aanbood." Het was een hele overgang voor de Brabander. "De reis hier naartoe voelde heel lang", herinnert Margreeth zich.
Harald Oltheten tussen de bramenstruiken.
Van pompoenen naar rode bessen
Ze troffen er een oud huisje met een schuur. Het bedrijf was toen ook al biologisch-dynamisch, hoewel dat destijds nog niet wettelijk werd vastgelegd. Skal, de controlerende instantie die bedrijven certificaten geeft, werd later opgericht. In de beginfase teelden Harald en Margreeth van alles, van pompoenen en wortelen tot hardfruit. Geleidelijk werd toch de groei naar zachtfruit gemaakt. "Inmiddels zijn we voor biologisch kleinfruit een relatief grote speler", zegt Harald. Horecagroothandels en boerderijwinkels zijn blij met de verscheidenheid aan gewassen. "Zij zijn heel blij met een onderscheidend product. Een deel van de producten gaat naar het buitenland. Denemarken bijvoorbeeld, hoewel de vraag daarvandaan wel daalt. De plaatselijke productie groeit en tegenwoordig komen biologische producten, net als de reguliere producten in bulk vanuit de hele wereld."
Kleine markt
De markt van biologisch zachtfruit is klein. Om de retail te kunnen bedienen werkt Harald samen met zijn collega-telers binnen coöperatie Nautilus Organic. "Dat is hard nodig om de stap van natuurvoedingswinkels naar de retail te maken. De supermarkten hebben meerdere leveranciers nodig en dus moeten we samenwerken. We stemmen af wat er geplant wordt. De komende drie jaar verwacht ik een groei in de biologische rode bessen. Wat betreft de frambozen blijft het aanbod moeilijk. Ik hoop dat meer telers frambozen gaan telen."
De recente hoge inflatie was merkbaar. "Het hing een beetje van de klant af, maar met name in de biologische supermarkten merkten we dat er minder gekocht werd. Ineens werd een doosje bramen toch wel duur gevonden door de consument." Voor het bedrijf zelf had dat geen grote gevolgen. "Dat komt omdat de totale markt groter is dan wij telen."
Bramen in bloei
Hete zomers
Hoewel Zeeland over het algemeen fris is, loopt de temperatuur de afgelopen jaren ook hier flink op. "Een paar jaar geleden hadden we een verschrikkelijke hete zomer waardoor we veel rode bessen zijn verloren. Sindsdien hebben we een schaduwdoek. Maar als het de wind is die de warmte meebrengt, is daar niets tegen bestand. Met die onzekerheid moet je kunnen leven. Dat betekent ook dat we onze klanten erop moeten voorbereiden. Vorig jaar hadden we een enorme bramenoogst. Terwijl er een actie werd opgezet, bleek er ineens een enorme dip in de aanvoer en gingen we van 2000 naar 150 kilo per week. We leren steeds betere voorspellingen te maken door bijvoorbeeld de bloemen te tellen."
Onzekerheid
Als we begin juni bij De Ring op bezoek zijn, is het nog rustig en er is tijd voor een rondleiding. Harald vertelt over de uitdagingen van de biodynamische teelt. "We hebben altijd te maken met onzekerheden. Als je tomaten teelt in een kas, kun je met vrij grote zekerheid zeggen wat er geoogst zal worden. Dat is hier anders. Nu zijn we 80% van de vroege rode bessen kwijtgeraakt door de meeldauw. In het verleden hebben we last gehad van veel luis." Toch groeit de zekerheid met de jaren. "In het begin waren we 30 tot 40 procent zeker van onze oogst, nu is dat al 80 tot 90%. Het duurt een aantal jaren totdat er voldoende biodiversiteit is opgebouwd om plagen het hoofd te bieden." Die biodiversiteit is duidelijk te zien op de verschillende percelen. Tussen de bramenstruiken worden diverse planten en bloemen gezaaid. "Hier, moet je proeven", zegt Harald terwijl hij een stengel plukt. "Dit smaakt naar ui, maar dan iets zoetiger.” De kruisbessen worden van de bramen gescheiden door een lange rij van diverse heesters. "Ik probeer het hele jaar iets in bloei te hebben. Dat is belangrijk voor de bestuivers."
Bloeiende heesters scheiden de verschillende percelen van elkaar.
Oogstseizoen
Enkele weken later barst de drukte van het oogstseizoen los. De vroege rode bessen zijn als eerst aan de beurt. Dan volgen de witte bessen en kruisbessen, de rode bessen en bramen, vervolgens de frambozen en uiteindelijk de mirabellen en pruimen. Harald is tevreden over jongeren die ’s zomers bij De Ring komen werken. "Ze hebben hier een goede moraal en plichtsbesef. Verder krijgen we jaarlijks studenten uit het buitenland via SUSP, een stichting die internationale stages regelt." Bijna alle producten worden op locatie verpakt. Met de hand worden de meer dan 100 verschillende verpakkingen gevuld en klaargemaakt voor transport naar de klant. "Ik zou heel graag samen met de telers van Nautilus een verpakkingsstation opzetten. Dan kunnen we grotere machines aanschaffen waarmee we klanten beter kunnen bedienen."
Kruisbessen
Groei is nodig om retail te bedienen
Mede doordat het aantal biologische en biodynamische zachtfruittelers in Nederland maar klein is, zien we in de supermarkten weinig biologische product naast het reguliere zachtfruit. Het aanbod vanuit Nederland is te beperkt om continuïteit te bieden, legt Yvonne Witpaard van coöperatie Nautilus Organic uit. "Dit geldt overigens niet voor alle gewassen. Met biologische blauwe bessen zijn we goed op weg. Biologische rode bessen zullen in de komende jaren ook in volume toenemen. Echter gewassen zoals biologische aardbeien of frambozen zijn niet alleen heel kwetsbaar, maar ook nog niet voldoende beschikbaar. Vraag en aanbod hangen altijd heel nauw samen."
Net als Harald benadrukt ze het belang van intensieve samenwerking. “Als coöperatie staat samenwerking voorop. Zowel met onze leden als met onze afnemers. Door het bundelen van aanbod en krachten zijn we in staat om de retail volledig te ontzorgen. Dit zou een mooie aanvulling zijn naast het conventionele aanbod." De coöperatie komt graag in contact met biologische telers of telers die overwegen om te schakelen. Een groter areaal betekent tenslotte meer volume. "Met meer leden en grotere volumes kun je een serieuze positie innemen met biologisch zachtfruit en goede afspraken maken met retailers in het belang van beide partijen."
Rode bessen
Biologisch zachtfruit telen is niet makkelijk. "Denk alleen al aan bestrijding van plagen. Daarnaast vraagt biologische teelt teeltrotatie om de bodem zo vitaal mogelijk te houden, dat betekent dat je als teler al gauw meerdere gewassen moet zetten. Door deze spreiding is je opbrengst per gewas lager, simpelweg omdat de oppervlakte per gewas kleiner is. Al deze factoren moeten je als teler wel passen en je zult om moeten kunnen gaan met onzekerheden. Anderzijds is het een fantastische uitdaging. Als de tuinen er gekleurd bijstaan, er een overvloed aan biodiversiteit zichtbaar is en teelten er gezond bijstaan, dan weet je waarom je voor biologisch telen hebt gekozen."
De grootste obstakels zitten hem in de onzekerheid in opbrengst en de verhoogde teeltrisico’s. Althans, dat zijn volgens Yvonne redenen waarom fruittelers niet omschakelen naar biologisch. "De beperkte markt wordt ook genoemd. Echter, de vraag vanuit de markt en de aandacht voor biologisch is nu groter dan ooit. Daarnaast, met het biologisch Actieplan dat begin dit jaar is gepresenteerd, staat biologisch in de schijnwerpers. Biologisch telen is in onze optiek het mooiste wat er is. Je draagt bij aan het behoud van een gezonde, vitale bodem en werkt samen aan gezonde, biodiverse leefomgeving. En dat zou gelijk ook de motivatie moeten zijn voor telers die overwegen om te schakelen."
Dit artikel verscheen eerder in editie 6, 37e jaargang van Primeur. Zie hiervoor www.agfprimeur.nl.