Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
"Heeft u vandaag gegeten? Bedank een boer!"

Boerenprotesten: geritualiseerd handelen in tijden van stikstof-, klimaat- en ecologische crises

De stikstofuitstoot in Nederland moet op korte termijn worden gereduceerd in de strijd tegen verdere aantasting van de natuur in ‘Natura 2000’ gebieden. Maar, zeggen veel boeren: niet zoals de overheid dat voor zich ziet. Er wordt geprotesteerd en niet voor het eerst. Wel voor het eerst is dat sommigen in die protestacties heel ver gaan. Hoe moeten we deze protesten begrijpen?
 
Door Mirella Klomp, Universitair hoofddocent praktische theologie, PThU

Land tot stilstand
In een lange sliert van tractoren trekken op 22 juni 2022 talloze boeren uit het hele land in kleine processies naar Stroe, waar een boer zijn land ter beschikking heeft gesteld voor een demonstratie tegen het stikstofbeleid van de overheid. Trekkers rijden over de snelwegen, blokkeren die of staan ernaast, er ontstaan lange files, wegen worden afgesloten, het land wordt welhaast tot stilstand gebracht. Een signaal om aan te geven: “Wij gaan in die stikstofplannen niet mee.” In 2019 begaven boeren zich op die manier ook al richting Den Haag: een tractorprocessie naar het heiligdom van de macht. Maar er zijn meer vormen van protest: borden in weilanden met teksten als ‘Geen boeren geen eten’ en online protesten, vooral op sociale media, met hashtags als #boerenprotest, #trotsopdeboer en #respectvoordeboer.

Grote belangen bij protesten
Vergelijkbare protesten hebben we eerder gezien en niet alleen in Nederland: in 2018, 2019 en 2020 protesteerden in verschillende Europese landen (België, Duitsland en ook Spanje) boeren op vergelijkbare wijzen tegen de landbouwmaatregelen van de EU en hun nationale overheden. Om de transformatie naar een gezonder en duurzamer voedselsysteem dat minder belastend is voor de planeet te kunnen realiseren, is het noodzaak dat de agrifood-sector fundamenteel op de schop gaat, zeggen experts en milieu- en natuurorganisaties. De Nederlandse overheid legt zich eerder toe op symptoombestrijding en hapsnapbeleid; vaak en zoals nu tot schrik van de boeren. Maar hoe moet het dan wel? Daarover lopen de meningen uiteen, ook onder agrariërs zelf. Het debat wordt geregeld fel gevoerd, want er staat voor alle partijen veel op het spel: winsten van banken, voerfabrikanten, vleesverwerkers, zuivelcoöperaties en andere grote bedrijven in deze sector, de toekomst van agrarische bedrijven (die soms al heel lang in de familie zijn, evenals de bloedlijnen van hun vee), de overheid die de wettelijke verplichting heeft klimaatdoelstellingen te halen, het Nederlandse landschap, de biodiversiteit en de kwaliteit van de bodem, de leefbaarheid van de planeet voor komende generaties, om maar een aantal zaken te noemen. Daarom zijn veel protesten zo omvangrijk, de ingezette middelen (grote voertuigen) en de woorden zo groot: de belangen zijn ook groot.

Symbolische betekenis uitdrukken
Want symbolisch handelen is het, geritualiseerd handelen zelfs, en ik denk dat we de protesten beter begrijpen als we ze zo zien. Geritualiseerd handelen wil zeggen: het is niet een vaststaand, diepgeworteld ritueel, maar er ontstaat een manier van doen, van protesteren in dit geval, waarin een symbolische betekenis tot uitdrukking wordt gebracht. Dat gebeurt door de vormgeving van meer of minder herhaalbare opeenvolgende handelingen, het moment waarop en de plek waar deze handelingen plaatsvinden. Zulk geritualiseerd handelen komt vaak voor in situaties van onzekerheid, gebrek aan controle en ongerief.

Boeren zitten klem
Veel boeren bevinden zich in een dergelijke situatie, niet nu voor het eerst, maar al langer. Snelwisselend landbouwbeleid dat langetermijnbedrijfsvoering ondermijnt, de afhankelijkheid van en de verplichtingen aan banken die lang hebben gestuurd op omzetgroei door intensivering en schaalvergroting, prijzen voor producten die het doen van duurzame investeringen bemoeilijken: talloze agrariërs, ook als ze niet mee-protesteren, hebben in meer of mindere mate het gevoel klem te zitten in een systeem waaruit ze maar moeilijk wegkomen. De overstap maken naar meer duurzaam boeren, in welke vorm ook, vraagt doorgaans om offers, om meer onzekerheid en meestal, tenminste in de eerste jaren, een gevoel van gebrek aan controle. Boeren die met trekkerprotesten het dagelijks leven van Nederlanders in de spits lamleggen, symboliseren daarmee het gevoel dat hun bedrijven worden gedwarsboomd. Boeren die keer op keer via slogans in hun weiland roepen om trots en respect, vragen waardering. Dit te kunnen zien, in plaats van het overdreven te vinden, vraagt erom dat we ons oordeel een moment opschorten, luisteren en ons informeren.

Kloof tussen boeren en consumenten
De afstand tussen boeren die voedsel produceren en consumenten die dat voedsel kopen en tot zich nemen is doorgaans groot – de voedselketen is lang en telt vele schakels en dat zijn allemaal partijen die daaraan moeten verdienen. Het kan voelen alsof de waardering voor agrariërs gereduceerd is tot de prijs die zij krijgen voor hun producten, tot niet meer dan de economische waarde tot zelfs onder de kostprijs. Met hun protesten drukken boze boeren daarom ook de vervreemding uit die er over de hele linie tussen producenten en consumenten ontstaan is. De suggestie dat de huidige productieomvang van voedsel nodig zou zijn om alle monden in Nederland te voeden (‘no farmers no food’) is maar deels waar (want het merendeel van de opbrengst is bestemd voor de export), maar de onderliggende roep om erkenning en waardering symboliseert een normatieve dimensie waarvan consumenten nog iets kunnen leren.

"Heeft u vandaag gegeten? Bedank een boer!"
Agrariërs zijn niet slechts anonieme producenten of eigenaren van een bedrijf. Hun werk bestaat uit het zorgdragen voor hun dieren en hun gewassen, het omgaan met de elementen van wind, zon en regen, dag in dag uit en zo nodig ook ’s nachts, als de oogst voor de regen van het land moet zijn of er gekalverd, gebigd of gelammerd wordt. In de voedselproducten die ze verkopen, zijn zijzelf besloten. Iedereen met een baan, of je er nu voor betaald wordt of als vrijwilliger werkt, weet hoezeer waardering ertoe doet. De geritualiseerde protesten van boeren symboliseren tenminste ook iets van deze gewenste existentiële waardering: ze gaan dus niet alleen over zakelijke aangelegenheden, maar ook over henzelf, hun hele bestaan en vaak ook hun familiegeschiedenis.

Voedsel als geschenk
Er iets nog iets. Door hun werk hebben agrariërs (zij nog wel) er weet van dat voedsel zich gedeeltelijk onttrekt aan ons idee van maakbaarheid. Een dier kan ziek worden en doodgaan, een oogst kan mislukken; een boer kan haar/zijn best doen, maar heeft er uiteindelijk geen volledige controle over of invloed op. ‘Geslaagde’ productie van voedsel moet je ook gegeven worden; voedsel is ergens ook een geschenk. Dat is niet iets waar de meeste mensen, ikzelf inbegrepen, zich doorgaans sterk van bewust zijn wanneer ze in de supermarkt hun winkelwagentje voortduwen, maar wel een waardevol inzicht voor ons allen. De boerenprotesten die de wens tot existentiële waardering symboliseren raakt dus niet alleen aan de waardering van boeren, maar ook aan de waardering van voedsel, dat immers geen vanzelfsprekendheid is.

Ritual failure
Rituelen en geritualiseerd handelen staan er onder andere om bekend dat ze een overgang mogelijk kunnen maken naar een andere fase en dat ze emoties kunnen kanaliseren, door lucht te geven aan wat dwars zit. Dat eerste is – als je het kunt aflezen aan de gesprekken met onder andere boeren onder leiding van Johan Remkes die momenteel plaatsvinden: men praat weer met elkaar – inmiddels gelukt. Het tweede echter niet: de boerenprotesten lijken met name ingegeven door boosheid en frustratie (over meer dan alleen de stikstofmaatregelen, zo blijkt uit voornoemde gesprekken: ook dynamieken rond opposities als ‘stad vs. platteland’, ‘burgers vs. overheid’ en ‘biologisch vs. gangbaar’ spelen mee), maar in plaats dat de boerenprotesten aan die emoties lucht geven en ze helpen reguleren, is de situatie geëscaleerd en de chaos alleen maar groter geworden.* Het in straten omgekeerd ophangen van de Nederlandse vlag (al eeuwen een signaal van een noodsituatie waarin hulp nodig is) wekt bij sommigen vervreemding en boosheid. Een nationale vlag, sowieso een zeer sterk geladen symbool, staat voor eenheid en verbinding, maar wanneer die door één groep gebruikt wordt om een specifiek signaal mee af te geven dat niet door allen herkend wordt, ontstaat eerder verdeeldheid (“van de vlag blijf je af!”). Tot heftiger emoties leiden protesten waarbij grenzen – inclusief de Nederlandse wet – worden overschreden, bijvoorbeeld wanneer politici thuis worden opgezocht en/of bedreigd, of wanneer snelwegen inclusief de vluchtstroken worden geblokkeerd, waardoor hulpdiensten worden belemmerd. Zulke morele, fysieke, psychische en/of juridische grensoverschrijdingen roepen altijd heftige reacties op.

Alles bij elkaar heeft het geritualiseerd handelen van ‘protestboeren’ de afgelopen weken goodwill verspeeld die er aanvankelijk onder een aanzienlijk deel van de Nederlandse bevolking wel was. Dat is riskant: de boerenprotesten dreigen zo uit te lopen op een ‘ritual failure’. Een gevoel van trots voor de boer en de gewenste erkenning en waardering wordt op deze manier niet gerealiseerd, integendeel. De acties krijgen zo het tegenovergestelde effect van wat ze beogen.

Hoe verder?
Het stikstofprobleem, niet alleen een probleem van boeren trouwens, is niet zomaar opgelost. Een vorm van landbouw en veeteelt die door boeren, grote spelers in de agrarische sector en de bredere samenleving gedragen wordt, lijkt nog ver weg. De laatste protesten zullen ook nog  niet geweest zijn. Voor het vervolg en het toekomstige maatschappelijk debat zal het uitmaken of het ons allemaal (protesterende boeren incluis) lukt om te kijken naar wat protesten eigenlijk willen zeggen: welke betekenis wordt hier symbolisch uitgedrukt? Het biedt geen definitieve oplossing, maar een poging om protesten als ritueel proces te zien, kan misschien wel helpen.

De auteur dankt Bertus Buizer, eerste klimaatburgemeester van Leeuwarden, voor zijn kritische blik en constructieve commentaar bij een eerdere versie van deze tekst.

Bron: IRiLiS

Publicatiedatum: