Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Wie zoekt er mee naar de Samoerai sluipwesp?

De bruingemarmerde schildwants (Halyomorpha halys) is in 2018 voor het eerst waargenomen in Nederlands Limburg en inmiddels overal in het land te vinden. De wants kan aanzienlijke schade veroorzaken in de fruitteelt, maar ook sierteeltgewassen en vruchtgroentegewassen zijn niet veilig, zo werd de afgelopen jaren in meerdere berichten al aangestipt. Wageningen University & Research is daarom nu op zoek naar sluipwespen, die de wants biologisch bestrijden. Daarbij roept de universiteit de hulp van iedereen in.

Biologische bestrijding met sluipwespen
De Samoerai sluipwesp (Trissolcus japonicus) zorgt in het oorspronkelijke verspreidingsgebied voor effectieve biologische bestrijding van de bruingemarmerde schildwants. Mogelijk is deze kleine sluipwesp ook al in Nederland gearriveerd. Ook inheemse sluipwespen kunnen de eieren van de nieuwe wants voor hun voortplanting benutten. Daarom is het belangrijk om te weten welke sluipwespen in Nederland eieren van schildwantsen parasiteren.

Op zoek naar geparasiteerde eieren
Zowel de samoeraisluipwesp als inheemse sluipwespen van boomwantsen zijn erg klein, maar 1-2 mm groot. Ze zijn daardoor lastig te vinden. Makkelijker is het om op zoek te gaan naar geparasiteerde eieren.

Kort nadat wantseneieren door sluipwespen geparasiteerd worden, kleuren ze donker en ze zien er dan duidelijk anders uit dan niet geparasiteerde eieren.

Door in heel Nederland op zoek te gaan naar dit soort eipakketten en vervolgens de sluipwespen gecontroleerd uit te laten komen kunnen we zicht krijgen op de soorten die hier van nature voorkomen of die inmiddels van elders gekomen zijn. Dit is een belangrijke eerste stap op weg naar biologische beheersing van de bruingemarmerde schildwants. Je kunt de eitjes grofweg tussen april en oktober aantreffen.

Waar kan ik zoeken?
Overal waar bomen, struiken of kruiden groeien. Er zijn verschillende soorten schildwantsen, die allemaal hun eigen voorkeur hebben voor de plant waarop ze hun eitjes leggen. Voor de bruingemarmerde schildwants is dit vaak op Catalpa, Paulownia, es of Spaanse aak, waarbij de eitjes meestal aan de onderkant van de bladeren te vinden zijn. De groene schildwants legt haar eitjes graag op kruiden. De grauwe schildwants legt haar eitjes graag op schors of stengels.

Hoe zie ik of de eitjes geparasiteerd zijn?
Het ei van de sluipwesp komt in het ei van de schildwants uit. De larve van de sluipwesp eet tijdens haar ontwikkeling de voedingstoffen van het schildwantsei op. Aan het eind van de ontwikkeling verpopt de wesp zich binnen in de nu leeggevreten schil van het schildwantsei. Al redelijk snel na de parasitering verkleurt het ei donker: een duidelijk kenmerk voor parasitering.

Wat moet ik doen, als ik eitjes gevonden heb?
Als u denkt geparasiteerde eitjes gevonden te hebben, dan kunt u een foto van de eitjes opsturen aan karin.winkler@wur.nl. Als het daadwerkelijk om de gewenste eitjes gaat, kunt u deze in een klein doosje doen, zodat ze tijdens het transport niet beschadigd raken. Vervolgens opsturen naar:

Karin Winkler
WUR Open Teelten – Fruit Postbus 200
6670 AE Randwijk

Bron: WUR

Publicatiedatum: