Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Het kabinet staat positief tegenover het wettelijk verankeren van IMVO

De Europese Commissie wil dat bedrijven meer inzicht krijgen in de risico’s op en werk maken van misstanden in hun keten op het gebied van mensenrechten, duurzaamheid en goed bestuur (ook wel internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen genoemd, oftewel IMVO). Om dit te realiseren heeft ze eind februari een voorstel voor een nieuwe richtlijn gepubliceerd. Het Nederlandse kabinet heeft recent zijn standpunt gepubliceerd.

Het kabinet staat positief tegenover het wettelijk verankeren van IMVO in een Europese wetgeving ten behoeve van een gelijk speelveld. Bovendien is een Europese aanpak effectiever om misstanden in productielanden te voorkomen en aan te pakken. Het kabinet heeft wel een aantal aandachtspunten.

Meer in lijn met OESO-richtlijnen
Het kabinet wijst erop dat de benaderingswijze in de Europese richtlijn meer in lijn met de OESO-richtlijnen moet zijn. De OESO-richtlijnen maken duidelijk wat de OESO-landen, waaronder Nederland, van bedrijven verwachten bij internationaal zakendoen. Ze bieden handvatten voor bedrijven hoe ze met kwesties moeten omgaan, zoals ketenverantwoordelijkheid, mensenrechten, kinderarbeid of milieu. De OESO-richtlijnen maken onderscheid tussen 'veroorzaken van misstanden', 'bijdragen aan misstanden' en 'direct verbonden zijn aan misstanden'. Ook stellen de OESO-richtlijnen dat risico’s mede op basis hiervan geprioriteerd kunnen worden.

Het kabinet stelt dat deze essentiële elementen ontbreken in het voorstel van de Europese richtlijn. Bedrijven kunnen immers niet alle risico’s tegelijk mitigeren.

Meer samenhang in wetgeving nodig
Het kabinet pleit ook voor samenhang met het Europese voorstel over ontbossingsvrije producten, de Europese conflictmineralen-verordening, de herziening van de Europese batterijenverordening en het aangekondigde 'Sustainable Products Initiative'. Het kabinet acht het van essentieel belang dat de Europese Commissie de samenhang uitvoeriger bewaakt en onderbouwt.  Anders vreest het voor een stapeling van verplichtingen voor bedrijven.

Verbreding reikwijdte
Het kabinet pleit verder voor een verbreding van de reikwijdte van de due diligence-richtlijn. Het stelt onder meer voor om de reikwijdte van de richtlijn gelijk te trekken met die van het wetsvoorstel 'Corporate Sustainability Reporting Directive' (CSRD). Als het aan het kabinet ligt, kunnen alle bedrijven met meer dan 250 werknemers aansprakelijk worden gesteld voor misstanden in de hele waardeketen.

Invloed van de richtlijn op het mkb
Kleine en middelgrote ondernemingen zijn in de Europese richtlijn uitgesloten van aansprakelijkheid en kunnen dus geen sanctie of boete krijgen. De richtlijn stelt echter expliciet dat de hele waardeketen door contractuele clausules gebonden is aan deze regelgeving. Het kabinet meent dat grote ondernemingen hun invloed kunnen en moeten aanwenden om andere ondernemingen in de keten te ondersteunen bij het aanpakken van risico’s. Het kabinet laat nu onderzoeken hoe de steun aan het mkb eruit zou kunnen zien.

Grip op klant uitvoerbaar?
evofenedex is ook uitdrukkelijk voorstander van Europese regelgeving op due diligence-gebied. Maar wij hebben ook zorgen geuit. evofenedex en ESC wijzen erop dat de reikwijdte van de nieuwe Europese wetgeving al zeer groot is. Deze heeft betrekking op alle contractuele zakelijke relaties (inclusief mkb-bedrijven) in de hele keten, zowel upstream (leveranciers) als downstream (klanten). Voorheen richtte IMVO-beleid zich hoofdzakelijk op de inkoop en de voorliggende schakels in de keten.

Het is zeer de vraag of een downstream-aanpak voor alle ketens in de praktijk uitvoerbaar is. Daarom stellen ook wij dat het van groot belang is dat de Europese Commissie de richtlijn aanpast in de geest van de OESO-richtlijnen. Dan kan er alleen directe aansprakelijkheid zijn als je zelf een misstand veroorzaakt, en niet als een misstand dieper of verderop in de keten plaatsvindt. Dit betekent overigens niet dat bedrijven niets hoeven te doen om ook de risico’s verderop in de keten te reduceren.

Handelingsperspectief voor het mkb
In voorbereiding op de implementatie van de richtlijn zullen mkb-bedrijven informatie moeten delen met ketenpartners over de risico’s op het gebied van IMVO. Om deze risico’s in beeld te krijgen en vervolgens te kunnen mitigeren hebben mkb-bedrijven ondersteuning nodig. Dat kan onder andere door middel van collectieve initiatieven en internationale certificering voor alle (honderden of duizenden) waardeketens waarvan zij deel uitmaken. 

Bron: evofenedex

Publicatiedatum: