De Pilot BioMonitor Melkveehouderij is van start gegaan. Tijdens deze pilot wordt een stikstofemissie monitorings- en beloningssystematiek ontwikkeld (de Biomonitor), die recht doet aan het systeem van de biologische melkveehouderij. Dit gebeurt met intensieve betrokkenheid van een groep biologische melkveehouders. De projectorganisatie bestaat uit afgevaardigden van Wageningen University & Research, de vereniging voor de biologische landbouw, Biohuis, en de vereniging voor biologische melkveehouders, De Natuurweide.
De in april 2021 gepubliceerde Quick Scan Stikstofproblematiek en Biologische Veehouderij (zie voor meer informatie: https://edepot.wur.nl/545038) maakte al duidelijk dat de ammoniakuitstoot bij biologische melkveehouderijen lager ligt dan bij gangbare melkveehouderijen. De biologische melkveesector wil een (extra) bijdrage leveren aan het oplossen van de huidige stikstofcrisis door een aantal maatregelen::
- De bedrijfsvoering optimaliseren met vakmanschap en systeemdenken om zo de emissies per hectare nog verder te reduceren. Optimaliseren van de belangrijkste factoren van het systeem, waaronder in elk geval weidegang, voeren en mest uitrijden.
- Gangbare bedrijven, onder andere in de nabijheid van Natura 2000 gebieden, omvormen naar een biologische bedrijfsvoering.
- Ervaringen in het integrale systeemdenken (vanuit bodem/fokkerij in samenhang optimaliseren van weidegang, voer en mest) delen met gangbare melkveebedrijven.
11 pilotbedrijven
De oproep aan Nederlandse biologische melkveehouders om mee te doen aan de Pilot leverde tientallen enthousiaste reacties op. Uit de aanmeldingen zijn uiteindelijk 11 bedrijven geselecteerd als pilotbedrijf. De overige melkveehouders blijven als klankbordgroep nauw betrokken bij de pilot. Zo worden ook hun inzichten en ervaringen benut tijdens het project. Bij de selectie van de melkveebedrijven is onder andere rekening gehouden met de geografische spreiding maar ook diversiteit in bodemsoorten, bedrijfskenmerken en mate van ervaring als biologische melkveehouder. De huidige groep deelnemers is in dat opzicht een goede representatie van de biologische melkveehouderijsector.
De deelnemende biologische melkveehouders zijn inmiddels, met de aan hen gekoppelde bedrijfsbegeleiders, begonnen aan een nulmeting. Bestaande, beschikbare bedrijfsgegevens zijn in kaart gebracht. Daarmee wordt het vertrekpunt bepaald voor de pilot. Vervolgens zullen de melkveehouders gedurende de pilot aanvullende gegevens verzamelen en hun ideeën over een representatief en werkbaar model van meten en borgen aandragen. Tijdens het traject krijgen biologische melkveehouders beter inzicht in de variabelen binnen hun eigen biologische bedrijf (‘systeem’) en leren zij hoe zij dit zo goed mogelijk kunnen laten functioneren. Voor zowel de biologische melkveehouderijsector as de individuele deelnemers is deze pilot dan ook van grote waarde.