Duitse geografen van Ludwig Maximilians-Universität hebben, samen met onderzoekers van de universiteiten van Basel en Hohenheim, in een interdisciplinair, op modellen gebaseerd onderzoek geanalyseerd hoeveel land wereldwijd kan worden bespaard door efficiëntere productiemethoden in de landbouw en welke economische effecten dit zou hebben. Ze stellen vast dat onder geoptimaliseerde omstandigheden tot bijna de helft van het huidige areaal kon worden bespaard. De wetenschappers publiceerden over het onderzoek in PLOS ONE.
Als gevolg van verhoogde efficiëntie zouden de prijzen voor landbouwproducten in alle regio's dalen en zou de wereldwijde landbouwproductie met 2,8% stijgen. De wetenschappers gebruikten een gewasmodel voor 15 wereldwijd belangrijke voedsel- en energiegewassen.
Voor hun analyse gingen ze ervan uit dat het opbrengstverschil tussen huidige en potentieel haalbare opbrengsten met 80% kan worden verkleind door efficiëntere landbouwmethoden – zoals het efficiënt gebruik van meststoffen en het optimaliseren van zaaidata of plaag- en ziektebestrijding. Daarbij moest de totale productie in ieder geval gelijk blijven met de huidige productie.
De auteurs komen tot de algemene conclusie dat onder deze omstandigheden de huidige wereldwijde behoefte aan landbouwgrond tussen de 37% en 48% kan krimpen. Regionaal varieert het landbesparingspotentieel: in Europa en Noord-Amerika is er bijvoorbeeld weinig landbesparingspotentieel, omdat de landbouw al sterk geïndustrialiseerd is en de mate van intensivering zeer hoog is. In regio's zoals Sub-Sahara Afrika, India en delen van Latijns-Amerika is nog veel winst te halen.
Bij individuele gewassen zien de onderzoekers met name grote mogelijkheden voor landbesparing voor granen zoals sorghum en gierst. Voor gewassen zoals oliepalm of suikerriet, die al zeer intensief worden verbouwd, zijn er weinig kansen voor besparing op het areaal.
De wetenschappers analyseerden tevens de economische effecten van de vermindering van het landbouwareaal. De conclusie is dat een efficiënter landgebruik leidt tot prijsdalingen in alle regio's en voor alle gewassen. In sommige regio's kan dit een positief effect hebben op de voedselzekerheid. Maar de verhoogde efficiëntie kan boeren in sommige regio's ook motiveren om de productie te verhogen, waardoor de wereldwijde productie van landbouwproducten met 2,8% zou stijgen.
Er waren grote verschillen in de economische effecten van landbesparing tussen de onderzochte regio's. De sterkste economische effecten blijken er in dichtbevolkte regio’s met een hoge landdruk, zoals in Maleisië en Indonesië en delen van Zuid-Amerika. In deze landen is grond een bijzonder schaarse en daarom dure hulpbron en vormt het dus een groot deel van de totale productiekosten
Wereldwijd dalende prijzen kunnen leiden tot een importstijging van ongeveer 30% in het Midden-Oosten en delen van Noord-Afrika, omdat import goedkoper wordt dan de binnenlandse productie. Wanneer het vrijgekomen land wordt benut voor bebossing en herbebossing kan daar tussen de 114 gigaton en 151 gigaton CO2 worden vastgelegd op het geredde land. De jaarlijkse wereldwijde uitstoot ligt momenteel rond de 42 gigaton CO2.
Voor meer informatie: PLOS ONE
Bron: AgriHolland