Op de campagnewebsite 'Bio lekker voor je' krijgen producenten de kans om consumenten een kijkje in de keuken te laten nemen. Waarom kiezen zij voor een biologische werkwijze, op welke manier innoveren ze en wat betekent dit voor de producten? Chocoladeproducent Rodney Nikkels vertelt.
Toekomst- en milieubestendige chocolade
Zonder duurzaamheid geen kwaliteit. Dat is het motto van Rodney Nikkels en Enver Loke. In hun Amsterdamse chocoladefabriek moet een reep niet alleen lekker zijn, maar ook toekomst- en milieubestendig. Een vanzelfsprekendheid voor de producenten, die als enige in Nederland iedere schakel van de chocoladeketen in eigen hand hebben. Hun chocolade is honderd procent biologisch en wordt ook nog eens deels CO2-vrij naar de klant gebracht: "Binnen de ring leveren we onze producten met de bakfiets", aldus Rodney.
In 2011 richtten beide mannen hun chocoladebedrijf op. In de bijna tien jaar dat ze nu bestaan, werken Rodney en Enver samen met boeren uit Congo, Peru, de Dominicaanse Republiek en sinds kort ook Colombia. De keuze voor chocolade was snel gemaakt. "Ik heb een achtergrond in tropische landbouw en Enver in de verduurzaming van de toeristische sector", vertelt Rodney. "We wilden op kleine schaal mooie producten maken. Nederland heeft een rijke cacaogeschiedenis, waar helaas nog weinig van over is. Dus besloten we om zelf chocolade te produceren. Want wie wordt er nou chagrijnig van chocolade?"
Boven: Rodney Nikkels. En van chocola naar een reep. Onder: De chocoladebonen komen met de boot naar Amsterdam. Foto's: Ingrid Hofstra.
De eigenaren ontwikkelden een toekomstbestendig model. "Om een bedrijf te bouwen dat de komende duizend jaar chocolade kan produceren, moeten we kwaliteit en duurzaamheid naast elkaar zetten. Daarbij denken we aan alle aspecten: we kijken naar hoe de boeren te werk gaan en of daar iets te verbeteren valt, we denken aan het transport - zo komt de cacao per zeilboot over de Atlantische Oceaan naar Amsterdam - de productiematerialen die we gebruiken en zelfs de afvalstromen." Ook is ieder ingrediënt biologisch verkregen: "Wij maken gebruik van wat de natuur ons biedt qua beplanting en klimaat en hoeven daardoor geen chemische bestrijdingsmiddelen toe te passen. Dit is in onze ogen beter voor de boer, de consument, en de natuur."
Meer bosvegetatie bij biologische plantages
Het gebruik van chemicaliën is een van de grootste problemen in de cacao-industrie, vertelt Rodney. "Die bestrijdingsmiddelen worden vaak door kinderen op de gewassen gespoten. Ze doen dit werk ook nog eens onbeschermd, zonder pak." Bij biologische cacaobonen is hiervan geen sprake. Een andere reden waarom de producenten voor biologische cacao hebben gekozen, is omdat biologische plantages de aanleg van schaduwbomen stimuleren. "Cacao vereist schaduw, hierdoor lijken biologische plantages vaak op halve bossen", legt Rodney uit. Verder zijn de coöperaties waarmee de producenten werken bijna allemaal Fairtrade en bieden ze de boeren een prijs die in verhouding staat tot de werkelijke productiekosten. Daarnaast werken de producenten nauw samen met de coöperaties om het proces beter te laten verlopen. "Met hulp van onze Peruaanse leverancier hebben we ter plekke een fabriek gebouwd voor niet alleen het fermenteren en drogen van de bonen, maar ook de productie van cacaomassa. We gaan dus verder dan alleen de inkoop." In de toekomst hopen Rodney en Enver zelfs een deel van de chocoladeproductie naar de fabriek in Peru te verplaatsen, om zo de lokale markt verder te ontwikkelen.
Van boon tot reep
In Amsterdam vindt het proces van cacaoboon tot reep plaats in de chocoladefabriek van Rodney en Enver. Een vrij uitzonderlijke situatie, aangezien in de chocoladesector vaak iedere schakel in het proces door een ander bedrijf wordt uitgevoerd. Rodney en Enver pakken het dus anders aan. "Al onze producten worden van boon tot reep hier in de fabriek gemaakt. Dat betekent dat na aankomst de cacaobonen eerst worden gebrand, net als pinda’s of koffie. Daarna worden ze gebroken. Dan houd je zogenaamde cacaonibs over. Die worden vervolgens gemalen tot een vloeibare massa - de basis voor chocolade. Als je dit met suiker vermaalt krijg je pure chocolade. Gebruik je suiker, melkpoeder en cacaoboter, dan heb je melkchocolade." De mannen voegen verder niets aan hun repen toe. "Wij maken single origin chocolade, zodat je de smaak uit een bepaald gebied beter proeft. De bonen van de plantage in Colombia smaken een beetje naar kers en rozijn, waarbij de Peruaanse bonen wat weg hebben van citrusfruit. Op deze manier willen we laten zien welke variatie de natuur biedt."
Composteerbare wikkels
Rodney en Enver zijn niet alleen kritisch als het om smaak gaat. Ook over het afval en verpakkingsmateriaal is nagedacht. Zo zijn de wikkels composteerbaar en worden de restmaterialen onder andere gebruikt voor zetpillen en lippenbalsem. De energie voor het productieproces wordt opgewekt met de zonnepanelen op het dak. "De laatste sluitsteen op het gebied van duurzaamheid", vertelt Rodney trots.
Wie zelf wil zien hoe een reep tot stand komt, kan bij de mannen aankloppen. "We bieden wekelijks workshops en rondleidingen. Zo word je zelf in twee uur een chocolademaker." Het verhaal dat er in de toekomst geen chocolade meer is, wuift hij weg. Zo zou rond 2050 de grond en flora in onder andere West-Afrika door klimaatverandering onvoldoende vocht bevatten waardoor de cacaoteelt onder druk komt te staan. Daar staat tegenover dat andere gebieden wereldwijd juist geschikter worden voor de cacaosector. Voor Rodney en Enver maakt het niet zo veel verschil. "De wereld verdient gewoon betere chocolade. En ik hoop dat wij die mogen maken. Cacao is een natuurproduct en heeft een bosrijke omgeving nodig. Zolang wij daar goed voor zorgen en teruggeven wat we eruit halen, dan zal chocolade nooit verdwijnen."
#biolekkervoorje