Elk najaar komen, op verzoek van LNV, de expertgroepen voor biologisch uitgangsmateriaal bij elkaar. Zij hebben als taak om te beoordelen voor welke (sub)gewassen het aanbod aan biologisch zaad of vegetatief uitgangsmateriaal voldoende is om de vraag te dekken. Zijn de hoofdrassen biologisch beschikbaar en zijn er meerdere aanbieders? dan kan de expertgroep aan LNV adviseren om een (sub)gewas op de Nationale Annex (ook wel categorie 1 genoemd) te plaatsen. Dit is de lijst met (sub)gewassen waarvoor geen ontheffing mogelijk is voor het gebruik van gangbaar zaad of vegetatief uitgangsmateriaal.
Vanaf 1 januari 2020 is de nieuwe Nationale Annex van kracht. Voor vegetatief uitgangsmateriaal zijn er geen wijzigingen ten opzichte van 2019. Voor de open groente teelt zijn aspergekronen en “spruiten voor de vroege teelt “ toegevoegd aan de Nationale Annex. Bij de akkerbouwgewassen is zonnebloem toegevoegd aan de Nationale Annex. Dit is uitgezonderd de teelt van zonnebloem als snijbloem. Hiervoor worden andere rassen gebruikt en daarvoor is nog geen biologisch zaad beschikbaar.
Het gewas Incarnaatklaver dat gedurende het vorige seizoen was teruggeplaatst naar categorie 2 vanwege een tekort in het aanbod, staan opnieuw op categorie 1.
Kijk voor het complete overzicht op www.biodatabase.nl. Daar vindt u tevens het actuele aanbod aan biologisch uitgangsmateriaal voor alle gewassen.
Voor vragen kunt u contact opnemen met Maaike Raaijmakers via raaijmakers@bionext.nl
Voor meer informatie: www.bionext.nl