In de biologische varkenshouderij ligt het aantal gespeende biggen per zeug meestal iets lager dan in de reguliere houderij. Agroscoopwinnaar Niels van Engelen laat echter zien dat hij met de bio-principes hoog in het vaandel klinkende resultaten realiseert.
Voor het derde jaar op rij reikt Reudink de Agroscoopbokaal uit aan een biologisch veehouder die een uitzonderlijke prestatie heeft geleverd. Dit jaar strijken Niels en Diane van Engelen van varkenshouderij De Dreef Bio met deze eer. Met maar liefst 30,1 gespeende biggen per zeug per jaar laten ze zien dat je met de juiste zorg en aandacht tot hoge prestaties kunt komen. En dat dit prima mogelijk is op een 'lowtech' bedrijf waar ze zeer diergericht werken. In dit filmpje vertelt Niels hoe hij dat voor elkaar krijgt.
Meebewegen op het natuurlijk ritme
"Ik heb bewust gekozen voor een 'lowtech'-aanpak met weinig automatisering", begint Niels zijn verhaal. "De kraamzeugen voer ik met de hand. Op deze manier kijk ik mijn dieren dagelijks aan, stuur ik hun conditie op het oog bij en kan ik meebewegen in hun natuurlijke gedrag." De basis voor een hoog aantal levend geboren biggen legt Niels al in de kraamstal. “In de kraamstal voer ik de Eko Lactokorrel Maxima. Na werpen start ik met ongeveer 2,4 kilogram lactovoer per zeug per dag en afhankelijk van conditie en uierspanning voer ik dat op tot 9 kilogram per dag. In de winter komt daar nog een schepje bovenop. De biggen voer ik vanaf het begin bij met biologische melk en daarna de Eko Vital Biggenkorrel. We spenen de biggen op zes weken. In de eerste vier kraamweken stopt de zeug alle energie en nutriënten in de melk voor de biggen. Na vier weken zie je dat de melkproductie daalt en dat de zeugen meer in zichzelf investeren. Ze komen goed hersteld en in een prima conditie uit de kraamstal", vindt de varkenshouder.
Van april tot en met oktober hebben de dragende zeugen weidegang.
Focus op rust
Ook aan het dekmanagement besteedt Niels veel aandacht. "Doordat de zeugen in goede conditie uit de kraamstal komen laten ze hun berigheid sneller en duidelijker zien. Zo kan ik beter op het juiste moment insemineren en dat is positief voor de toomgrootte”, legt Niels uit. "In de dracht ligt de focus op rust, zodat de embryo’s zich goed kunnen ontwikkelen." De dragende zeugen krijgen de Eko Drachtkorrel Optima via het voerstation. In totaal voert Niels zo’n 1450 kilogram per zeug per jaar, waarvan veertig procent lacto.
Denken vanuit het dier
Het resultaat van alle zorg en voeding mag er wezen: gemiddeld is het aantal levend geboren 16,5 big per worp. Niels speent uiteindelijk bijna 14 biggen per worp. Achim Tijkorte, productmanager bij Reudink, kent de zeugenhouder goed: “Focus op de individuele behoefte, rust en regelmaat zijn kenmerkend voor Niels’ bedrijfsvoering", vat Achim samen. "Niels denkt altijd vanuit het dier. Hij kijkt goed naar het gedrag, de voeropname en de mest van de varkens en beweegt mee met de behoefte van de dieren. Daarbij probeert hij weloverwogen nieuwe dingen uit en vaart hij bewust zijn eigen koers", zo verklaart hij de goede resultaten.