Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
"“De biologische manier van werken kost meer arbeid per zeug"

Dit voorjaar gecertificeerd: Varkenshouderij Lipman

Elke maand publiceert Skal de nieuw gecertificeerde bedrijven op de website. Enkele van deze bedrijven worden kort voorgesteld. Zo deze keer varkenshouderij Lipman.

Koen Lipman is met zijn vader Henny Lipman in Hellendoorn een biologische varkenshouderij gestart. Na een omschakelingsperiode van 6 maanden heeft Maatschap Lipman onlangs een biologisch certificaat ontvangen voor de zeugen op het bedrijf. Wat was de reden om voor biologisch te kiezen en hoe verliep de omschakeling?

"Wij staan helemaal achter de biologische varkenshouderij en deze manier van werken past veel beter bij ons dan een grootschalige bedrijfsvoering”, vertelt Koen Lipman aan de telefoon. “En aan de 130 biologische zeugen die nu in onze stal staan, hebben we onze handen vol”, vervolgt hij. “De biologische manier van werken kost meer arbeid per zeug."

Niet over één nacht ijs

De Lipmans hebben zich grondig voorbereid op de omschakeling naar biologisch. Zo bekeken Koen Lipman en zijn vader de stallen van vijftien andere biologische varkenshouders. Dat zijn bedrijven van bekenden, maar ook bedrijven waar ze mee in contact komen via vertegenwoordigers. “Iedereen werkt op een andere manier en de omstandigheden zijn op iedere locatie net weer even anders. Geen stal is dus hetzelfde”. Wat volgt is een zoektocht van vier jaar naar een geschikte locatie voor een nieuw biologisch bedrijf. “We werkten in die tijd voor verschillende locaties concepten uit en keken of de plannen pasten binnen de mogelijkheden van de locatie”, licht Lipman toe.



Verbouwing

De boerderij die ze uiteindelijk geschikt bevinden voor het nieuwe bedrijf ondergaat een totale verbouwing. “Voor het houden van biologische varkens moet je best veel doen. Het was gewoon een enorme klus”. De informatie over biologische regelgeving vindt Lipman soms niet duidelijk. “Je wordt pas gecontroleerd als je alles geregeld hebt. Terwijl je tijdens de bouw soms knopen door moet hakken waarbij het niet helemaal helder is hoe je dit volgens de regels moet doen. Dat maakte het proces soms zwaar. Het zou fijn zijn om tijdens zo`n ingrijpende verbouwing een contactmoment te hebben, om advies te vragen en na te gaan of alles volgens de regels gaat."

Toelatingsinspectie

De grond die bij de nieuwe locatie hoort meldt Lipman meteen aan bij Skal. Tijdens de verhuizing en verbouwing ligt het houden van varkens een half jaar stil. Zodra de stallen af zijn komen er 130 zeugen en ook deze worden aangemeld bij Skal. Anders dan vaak het geval is, zijn de dieren dus eerder gecertificeerd dan de grond, die nu in het tweede jaar van omschakeling is.
Toen de stal af was en de zeugen onder dak stonden is de inspecteur van Skal geweest. “Hij heeft de boel nagemeten. Ook keek hij hoe de zeugen erbij lagen, of ze voldoende strooisel hadden en of er voldoende daglicht in de stal was”.

Wennen aan de ruimte

De eerste maanden biologisch werken vielen Lipman niet mee. De zeugen, gangbaar aangekocht, moesten wennen aan de hoeveelheid ruimte die ze ineens tot hun beschikking hadden. “Zo veel ruimte waren ze niet gewend. Doordat ze hier meer bewegen krijgen ze last van spierpijn en gewrichtsontstekingen. En ze glijden uit, waardoor we kreupele dieren hebben”. Wat ook tegenviel: de winterse kou. Volgens de biologische regelgeving moeten de dieren altijd naar buiten kunnen. “De schuur mag niet dicht. Staat de wind net verkeerd, dan hebben de varkens het zwaar. Tijdens de echt koude dagen afgelopen winter zijn er daardoor jonge biggen uitgevallen. Dat gaat me aan het hart”.



Rantsoen en diergezondheid

Wat voer betreft, bleek het omschakelen goed uit te pakken, vertelt Lipman. “Ik ben erachter gekomen dat varkens gek zijn op kuilvoer. We hebben daarvoor een ruif gemaakt. Daar was in mijn vorige bedrijf gewoonweg de ruimte niet voor”. Wat ook positief is: over het algemeen lijkt de gezondheid op het bedrijf beter te zijn nu Lipman biologisch werkt. “Ik denk dat daar twee dingen in meespelen: de extra ruimte waardoor de dieren kunnen liggen en lopen waar ze willen, en de frisse lucht. Bij gangbaar blijft de ammoniaklucht veel meer in de stallen zitten. Nu verversen we het stro en er komt voortdurend frisse lucht binnen”.

Advies aan andere varkenshouders

De tips van Koen Lipman voor andere varkenshouders die overwegen om te schakelen naar biologisch: “Win informatie in bij andere boeren. Ga in de stallen kijken. Zorg voor een goede afspraak over de afzet. En onderschat vooral niet hoeveel meerwerk biologisch met zich meebrengt”.

Bron: Skal
Publicatiedatum: