Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Strafeis tegen bio-wijnboer die weigert te spuiten blijft staan

De Franse biologische wijnboer Emmanuel Giboulot is maandag 7 april een boete van 1000 euro opgelegd, waarvan de helft voorwaardelijk. Dit omdat hij weigert om zijn wijngaard Côte-d'Or met chemische middelen te behandelen tegen de ziekte 'flavescence doreé'. Deze ziekte is gesignaleerd in het naburige departement Saône-et-Loire en alle wijnboeren in Bourgogne kregen van de overheid de opdracht om preventief met chemische bestrijdingsmiddelen te sproeien. Dit gaat echter tegen de principes van de bio-wijnboer en zijn familie in.

De boete werd hem eind februari al opgelegd, maar de boer ging tegen deze eis in beroep. Dit beroep blijkt dus tevergeefs. De straf had wel veel hoger uit kunnen vallen, deze kon namelijk oplopen tot een boete van 30.000 euro en zes maanden gevangenisstraf.


Links wijnboer Giboulot.

"Ik voel me niet schuldig, het is ondraaglijk dat ze me kunnen dwingen om te spuiten. Pyrevert, het middel dat zelfs in de biologische landbouw is toegestaan, wil ik ook niet gebruiken. Dit zou het ecosysteem dat we in dertig jaar BD-landbouw hebben ontwikkeld beschadigen", zo reageerde Emmanuel tegenover de pers. De boer kon de afgelopen tijd op veel steun rekenen. Ook bij de rechtbank werd hij bijgestaan door 120 mensen.

De advocaat van de bio-wijnboer reageert als volgt: "In deze complexe en technische kwestie heeft de rechter geen rekening gehouden met de verzachtende omstandigheden en het waarom de heer Giboulot op deze manier gehandeld heeft. Ik blijf erbij dat er geen sprake was van een noodsituatie. Daar ben ik optimistisch dat we in een hoger beroep wel worden gehoord."
Publicatiedatum: