Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Cursus 'Fenomenologie van de natuur' IAOT start 8 september

Op 8 september gaat de cursus Fenomenologie onder leiding van Jan Diek Mansvelt van start. De cursus gaat over kleine dieren. Zeven zondagochtenden van 10:00-12:30 in Driebergen: 8 september, 13 oktober, 24 november, 2 maart, 6 april, 18 mei en 29 juni. Het thema van dit jaar is: Enkele ongewervelde dieren, en vier elementen, plantendelen en seizoenen.

Dit wordt een extra onderzoekend jaar - we exploreren vrij onbekende gebieden.

Honingbijen zijn 'in': hoe kennen we ze? Wat weten we ervan? Honingzoet, bijensteken, trossen bijen in de bomen, vruchtbare koninginnen, nutteloze darren, nijvere werksters.

Mieren vinden we vaak enge steekdieren uit het bos, maar soms ook in de weide, of ineens in je tuin. Je licht een steen op en ze beginnen met hun enorme witte eieren te rennen, om ze verder onder de grond in veiligheid te brengen.



Rupsen kennen we vaak als bladwegvreters – ze laten kale planten achter… De cocons zie je bijna nooit. En dan ineens zijn er die vlinders, die zo warrig rondfladderen. Om dan plots feilloos op de bloem te landen waar ze kennelijk een oogje op hadden.

En dan die wormen. Dat vinden we vaak maar onooglijke kruipers, die je pas ziet als je een grasplag wegtrekt, of een gat in de grond maakt. Of herkent aan hun vreemde poephoopjes, zo kunstig in het gras gekringeld. Dik en dun, kort en lang, rood, blauw, wit…?

Om ze dichterbij te halen, ze meer recht te doen, gaan we met deze bekende maar veelal toch ver van ons afstaande dieren aan de gang, met een nieuwe blikrichting:
  • honingbijen en andere – verwant aan licht en warmte, stuifmeel en honing
  • bosmieren en andere – verwant aan aarde en warmte; wortel en zaad
  • rupsen en vlinders – verwant aan vocht, licht en lucht; blad en bloem
  • regenwormen en andere – verwant aan vocht en aarde; wortel, stengel en blad

Alle deelnemers zijn uitgenodigd zich dit studiejaar, in groepjes en/of apart, met een van deze vier groepen bezig te houden. Het gaat er om ze direct zelf en ook via boeken, platen, video's (internet) en bezoeken aan experts de diergroep te leren kennen in uiterlijke kenmerken, levensprocessen en ecosysteemfuncties. Mediterend over de beelden, die zo allengs in jou als onderzoeker gaan ontstaan, kun je merken dat de dieren je iets gaan zeggen. Ze blijken ons als mensen iets te vertellen te hebben. In hoeverre dat verhaal algemeen is, en in hoeverre het speciaal voor jou als onderzoeker is bestemd zullen we al werkend ontdekken.

Voorkennis is niet nodig. Belangstelling voor de natuur wel, en zin in onderzoek.

Adres: 't Haagje 1, 3971 MZ, Driebergen. Kijk voor meer informatie op www.iaot.nl.

Cursusleiding: Jan Diek van Mansvelt
Publicatiedatum: