De eerstkomende jaren wordt het volume hernieuwbare energie met kleine stappen verhoogd van 4,5 procent in 2012, naar vijf procent in 2013 en 5,5 procent in 2014. Nederland werkt op deze wijze toe naar de Europese doelstelling van minimaal tien procent hernieuwbare energie in het vervoer in 2020. Die doelstelling wordt niet alleen bereikt door biobrandstoffen bij te mengen; ook de inzet van duurzame elektriciteit en groen gas telt mee.
Bij biobrandstoffen moet, over de hele keten van productie tot gebruik, de uitstoot van CO2 in 2011 met 35 procent verminderen ten opzichte van benzine en diesel. Dat percentage loopt op tot 60 procent in 2018. Ook mogen de voor biobrandstof geteelde gewassen niet ten koste gaan van biodiversiteit, oerbossen en gebieden met een hoge koolstofvoorraad, zoals veenbossen.