Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Onderzoek naar voederwaarde van graskuil en CCM bij bio-zeugen

Graskuil is een ruwvoer dat veel biologische bedrijven aan drachtige zeugen verstrekken. De voederwaarde van graskuil is belangrijk om mengvoer verantwoord te kunnen vervangen door graskuil. Door Corn cob mix (CCM) samen in te kuilen met graskuil is mogelijk een nog groter deel van het mengvoer te vervangen door mengkuil. Wageningen UR heeft daarom onderzocht wat de chemische samenstelling, verteerbaarheid en energiewaarde (EW) van verschillende kwaliteiten graskuilen en van CCM is bij biologisch gehouden drachtige zeugen.

Het onderzoek is uitgevoerd op Varkensproefbedrijf Raalte. Een perceel gras (met weinig klaver) was onderverdeeld in vijf deelstukken die op verschillende momenten in het voorjaar voor de eerste keer werden gemaaid. Hierdoor zijn vijf verschillende kwaliteiten graskuil verkregen: 1,8 ton, 2,2 ton, 3,1 ton, 3,9 ton en 5,0 ton drogestof per hectare. Zeugen lijken een voorkeur te hebben voor graskuil met een laag drogestofgehalte. Daarom is gestreefd naar een drogestofpercentage in de graskuilen van 25%.

De controlegroep kreeg dagelijks 2,31 kg drogestof uit mengvoer verstrekt. De proefgroepen met graskuil of met CCM kregen 0,88 kg drogestof uit mengvoer en daarnaast 1,43 kg drogestof uit graskuil of CCM. De werkelijk opgenomen hoeveelheid drogestof uit graskuil was 200 tot 300 gram per dag lager dan gepland. De zeugen werden tweemaal daags gevoerd.

In de onderzochte graskuilen lag het drogestofgehalte tussen de 21,3 en 24,9%, en de EW per kg drogestof lag tussen 0,78 en 0,95. De EW per kg drogestof en de EW-opname waren het hoogst bij graskuil met een drogestofopbrengst van 2,2 ton per ha en het laagst bij graskuil met een drogestofopbrengst van 5,0 ton per ha. De EW per kg drogestof van CCM is 1,49.

Er lijken relaties te zijn tussen enerzijds ruw eiwitgehalte, melkzuurgehalte, suikergehalte, NSP-gehalte en drogestofopbrengst per ha en anderzijds EW per kg drogestof in de graskuilen. Dit zijn relaties waar sprake lijkt te zijn van optimale gehalten. Bij een hogere of lagere waarde daalt de EW. Dit maakt het lastig om de EW te berekenen uit alleen de chemische samenstelling van de graskuilen.

In een vervolgonderzoek zal worden gekeken hoeveel graskuil en mengkuil (gras ingekuild met CCM en gras ingekuild met gerst) drachtige zeugen opnemen als ze dit onbeperkt krijgen naast een vaste mengvoergift. Resultaten van deze opnameproef worden eind dit jaar gepubliceerd.

Contact informatie: Carola van der Peet-Schwering, Wageningen UR Livestock Research

Bekijk hier het volledige rapport

Bron: BioKennis


Publicatiedatum: