Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

CDA: einde aan plastic troep op zee en stoep

EU-landen moeten de meest vervuilende plastic wegwerpartikelen verminderen of verbieden. Dat eist het Europees Parlement vandaag. Europarlementariër Annie Schreijer-Pierik (CDA) werkte in de milieucommissie aan ambitieuze voorstellen: “Er moet een einde komen aan de enorme plastic soep en -troep op onze zeeën en straten. Er bestaan voor veel producten allang circulaire alternatieven: we brengen de wetgeving bij de tijd.”

Kunststoffen zijn een waardevol en onontbeerlijk materiaal voor industrie, economie en consument, benadrukt Schreijer-Pierik. “Maar de wegwerpmaatschappij is niet meer van deze tijd. Het kost onnodig veel geld en publieke middelen door grondstofverspilling en opruimkosten. Wegwerpplastic vervuilt onze oceanen én onze directe leefomgeving”, aldus Schreijer-Pierik. EU-landen besteden jaarlijks honderden miljoenen euro’s aan het opruimen van plastic zwerfafval. Het plastic wordt vaak enkele seconden gebruikt maar het duurt vervolgens vele eeuwen voordat het is afgebroken.

Het Europees Parlement eist daarom wegwerpbestek, plastic wegwerpbordjes, onnodige lichte plastic zakjes, plastic wattenstaafjes en hamburgerboxen van plastic van de markt te nemen. Het parlement wil een ambitieuze vermindering van andere plastic producten door de lidstaten.

Ook eist Schreijer-Pierik met collega’s een verbod op zogenaamd ‘sjoemelplastic’ dat alleen onder industriële omstandigheden met veel zuurstof afbreekbaar blijkt. “Dus niet op zee of in oppervlaktewater. Dat is niet biologisch afbreekbaar en bedreigt nog steeds zeeleven en milieu.” Het Parlement wil in de toekomst alleen volledig biologisch in alle omstandigheden, ook onder water, afbreekbaar onschadelijke materialen uitzonderen van het aangenomen verbod en de reductiedoelstellingen.

“Dit voorstel gaat niet over een verbod op alle wegwerpplastic, maar alleen van die voorwerpen die de meeste vervuiling veroorzaken en na eenmalig gebruik achteloos weggeworpen worden, vaak in zee of in de natuur”, benadrukt Schreijer-Pierik. “Het doel moet zijn om de circulaire economie te stimuleren: we eisen voor 2025 dat 35 % van de drankflessen uit hergebruikt plastic bestaat.” Fabrikanten en afvalbedrijven willen daaraan nu ook meewerken. “Sigarettenfilters met kunststoffen vinden we volop in de natuur. Tachtig procent moet in 2030 zijn vervangen door milieuvriendelijke stoffen.”

Op het CDA-initiatief van Schreijer-Pierik eist het EU-Parlement financiële steun voor opruimacties door vissers. “Zoals onze Nederlandse Noordzeevissers al volop doen in het project Fishing for Litter.”

Tevens zette het EU-Parlement op Annies verzoek een streep door verdergaande voorstellen om het oplaten van ballonnen door kinderen en de verkoop van kauwgum te verbieden. “Dat is absurd en te vergaand, want ballonnen vinden we nauwelijks onder het afval op zee. Eerst de hoofdoorzaken waarvoor alternatieven bestaan aanpakken: dat is kosteneffectiever.”

“Op ons voorstel moeten producenten gaan werken aan bewustmaking en bijdragen aan de opruimkosten van wegwerpplastic”, zegt Schreijer-Pierik. Op haar initiatief moeten producenten van wegwerpdoekjes consumenten waarschuwen voor de aan waterzuiveringsinstallaties en rioolbuizen door het doorspoelen van wegwerpdoekjes met plasticvezels door de wc. “De kosten van die verstoppingen komen bij alle burgers terecht. Dat moeten we voorkomen.”

Nu het Parlement heeft ingestemd met het voorstel, gaat het naar de Raad van Milieuministers. Als de Raad akkoord gaat, is het wetsvoorstel definitief goedgekeurd en moeten de EU-landen en Nederland het in nationale wetten omzetten. Burgers en producenten krijgen er dan op zijn vroegst in 2021 mee te maken.

Publicatiedatum: