Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Leeuwen en beren in de internationale baobabhandel

Tholen - Het Afrikaanse superfruit. Zo wordt baobab, of in de volksmond apenbrood, ook wel genoemd. Een label dat de afzet van de exoot geen windeieren heeft gelegd. Baobab wordt geteeld in 32 landen in Afrika: zo'n 60 procent van het continent beschikt erover. De exoot is onlosmakelijk verbonden met Afrika: de majestueuze brede stam maakt de baobabboom tot een van de meest iconische planten van het continent. Toch is de exoot in Europa niet erg in trek voor de versmarkt. Wat weerhoudt de baobab ervan het fruitschap te veroveren, waar zijn 'tropische' evenknie de kokosnoot dat wel lukte?

"We krijgen zo'n zeven keer per jaar de vraag naar baobabfruit. Het gaat dan om zeer bescheiden volumes. Het probleem is echter dat je bijna geen beslag kunt leggen op baobab 'in schil'. Het product is te gevoelig voor overzees transport", zegt Patrick Stoffels van Bud Holland. De laatste levering dateert nog van voor de eeuwwisseling. Het ging toen om baobab uit Zimbabwe.



Nauwelijks spelers

Navraag bij Gus Le Breton van het Zimbabwaanse handelsbedrijf B'Ayoba leert dat er inderdaad nauwelijks spelers zijn die baobabfruit verschepen of exporteren. Wat verhandeld wordt, passeert hooguit de eigen landsgrenzen. De geboren Keniaan is nauw betrokken bij de biologische baobabteelt in Zimbabwe. Hij heeft jarenlang research verricht, gericht op het vermarkten van diverse inheemse Afrikaanse fruitrassen.

Gus vermarkt baobab in eigen beheer als oliën en poeder. Met name de baobabpoeder vindt gretig aftrek bij menig natuurvoedingswinkel. Volgens hem vertegenwoordigt baobabfruit wel degelijk een waarde, maar is de export van het versproduct pure kapitaalvernietiging. "Transporttechnisch is baobab een ronduit inefficiënt product: slechts 10 tot 15 procent van het fruit is geschikt voor consumptie. Van de fruitpulp is slechts een kwart eetbaar. Het overgrote deel bestaat uit vezels, zaden en schil. Reststromen waar de maakindustrie wel raad mee weet – je kunt het gebruiken voor gebruiksmaterialen als touw en manden – maar waar de fruithandelaar niets aan heeft."


Baobab is geen kokosnoot

Het is diezelfde harde schil die de internationale handel in het versproduct bemoeilijkt, vermoedt Gus. "Het fruit heeft nu niet bepaald een consumentvriendelijk appeal. Net als een kokosnoot moet je de schil eerst zien open te breken. Dat gaat zo makkelijk nog niet." Desondanks heeft de kokosnoot die vuurproef wél doorstaan. Mede dankzij succesvolle marketinginitiatieven vind je deze exoot regelmatig terug in het schap. Het feit dat je daar een rietje in kunt steken, spreekt bij velen tot de verbeelding.

Zimbabwe groot exportpotentieel

Wat aan baobabfruit verhandeld wordt is zeer bescheiden. "In West-Afrika is de markt voor baobab relatief krap. Het beschikbare product is vooral voor de thuismarkt bestemd. In zuidelijk Afrika valt de lokale consumptie een stuk lager uit en blijft er meer verhandelbaar product over. Hoewel Zimbabwe zeker niet Afrika's grootste baobabproducent is, heeft het land binnen het continent wel het grootste exportpotentieel", vervolgt de handelaar.



Geen koudeketen nodig

De optimale manier om baobab te vermarkten is volgens Gus dan ook door het fruitpulp in poedervorm aan te bieden. Daar gaan in essentie weinig stappen aan vooraf. De pulp is van nature namelijk al zeer droog en poederachtig en kan om die reden eenvoudig worden gescheiden van de zaden. "De pulp wordt verder niet afzonderlijk gedroogd. Het is een kwestie van ontschillen en opnieuw verpakken."

Toch leent het versproduct zich volgens Gus wel degelijk voor overzees transport. Tijdens de transportperiode treedt er geen afbraakproces op. "In tegenstelling tot bananen voor overzeese bestemmingen, rijpt baobab al af op de boom. Tijdens het rijpingsproces verdroogt het fruit en valt het uit de boom. Omdat het product van nature al zo droog is, heb je geen koudeketen nodig. Wat dat betreft is baobab zeer ongecompliceerd."

"Mits de schil goed intact blijft, garandeert het baobabfruit een houdbaarheid van ten minste zes maanden. Dat is vooral toe te schrijven aan het lage vochtgehalte van onder de 10 procent. Onder natuurlijke omstandigheden kan dat zelfs uitvallen op 5 procent." Baobab groeit in savannes ten zuiden van de Sahel in zuidelijk Afrika. De kenmerkende droogte van die regio resulteert in het lage vochtgehalte van het fruit.



Supply chain opzetten lastig

De baobabteelt heeft een zeer lange aanlooptijd. De boom groeit erg langzaam en het duurt dan ook even voordat de boom vrucht draagt. Een snelle aanwas realiseren zit er dan ook niet in. "Je kunt niet out of nowhere even een enorme supply chain opzetten. Voorlopig overstijgt het aanbod de vraag, maar dat het hard kan gaan, bewees açai recentelijk nog. Twintig jaar wist niemand buiten Brazilië van het bestaan van de exoot. Inmiddels is dat een markt van enkele honderden miljoen euro's. Baobab heeft wel iets weg van açai, niet alleen qua vruchtgehalte, maar ook als het gaat om aantrekkingskracht onder consumenten." In Nederland ziet hij een groeimarkt. "Het land kent een grote Afrikaanse diaspora die al bekend is met het product."

Voor meer informatie:
Gus Le Breton
gus@bayoba.biz
www.bayoba.biz
T: +263 772211231