Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Jonge bio-ondernemer wil uitgroeien naar 100 ha landbouwgrond:

"De biologische markt groeit en ik wil graag meegroeien"

Max Maris runt samen met zijn vader Annewillem een biologisch akkerbouwbedrijf in Oudemolen. De 25-jarige ondernemer wil vooruit. Hij ziet nieuwe mogelijkheden voor uitbreiding in grond. "Ik voelde direct de mogelijkheden en de uitdaging om te groeien in grond. Het zou mooi zijn als we over tien jaar groeien naar 100 hectare."

Vertel eens iets over het bedrijf.
"Mijn opa had een gangbaar gemengd bedrijf met akkerbouw en melkkoeien. Mijn vader heeft het bedrijf overgenomen en in 1999 zocht hij een nieuwe uitdaging. Die vond hij in de biologische landbouw. Hij was benieuwd of hij ook kon produceren zonder kunstmest en bestrijdingsmiddelen. In 2000 schakelde hij over van gangbaar naar biologisch."

Hoe ben jij in het bedrijf gerold?
"Na mijn studie Plantenteelt aan de MAS in Breda besloot ik nog niet thuis te gaan werken. Mijn vader was nog jong. Ik heb toen nog een jaar doorgewerkt bij de loonwerker waar ik tijdens mijn studie werkte en ben daarna via via terechtgekomen bij een collega-boer in de Flevopolder. Een supertijd. Het is gezond om los te komen van het ouderlijk bedrijf. Die afstand creëert nieuwe inzichten. Ook word je zelfstandiger. Ik woonde twee jaar lang in een huisje op het erf van de boer en boerin. Daarna voelde ik dat ik er klaar voor was om thuis te gaan werken. Mijn vader en ik spraken af een half jaar proef te draaien. Het ging eerlijk gezegd meteen goed."

Past deze manier van telen bij jou?
"Ik vind deze manier van telen, net als mijn vader, een uitdaging. Omdat we geen bestrijdingsmiddelen gebruiken, is het belangrijk kort op de groei van onze gewassen te zitten om te voorkomen dat ze onder het onkruid schieten. Daarom controleren we onze percelen tijdens het groeiseizoen dagelijks. Onkruid verwijderen we met de hand. Dat is arbeidsintensief. Met z'n tweeën kunnen we dat niet bijhouden. Daarom werken we in de zomer met scholieren en Poolse werknemers."

Zijn er geen andere potentiële opvolgers in de familie?
"Nee, helaas niet. Ik zou het wel leuk hebben gevonden om samen te werken. Van elkaar kun je leren. Samen ben je sterker. Dat merk ik ook bij de samenwerking met mijn vader. We hebben samen meer capaciteit, we sparren veel en we benutten elkaars kwaliteiten. Ik voelde direct de mogelijkheden en de uitdaging om te groeien in grond. De biologische markt groeit en ik wil graag meegroeien; daar ligt echt potentie. De afnemer komt liever 10 hectare wortelen halen dan 5 hectare. Over mijn ambitie spreken mijn vader en ik veel. Hij zag het niet direct zitten om uit te breiden. Hij komt uit de tijd dat hij zijn handen vol had aan de teelt. Door er veel over te spreken en de ervaring dat onze samenwerking werkt, werd hij steeds enthousiaster. In de afgelopen twee jaar hebben we de groei ingezet en een paar hectare aangekocht. Het zou mooi zijn als we over tien jaar groeien naar 100 hectare."

Heb je tips voor zo’n fijne samenwerking?
"Elkaar de ruimte geven. Dat is alles. Mijn vader moedigt me aan en laat me vrij, zodat ik me kan ontwikkelen. Als hij ziet dat iets fout dreigt te gaan, trapt hij af en toe op de rem. Soms ook niet, hij geeft ruimte om te falen. Dat is niet altijd leuk, maar wel leerzaam. Ik denk dat je als bedrijfsopvolger moet oppassen met te eigenwijs te zijn en dat je je vader en/of moeder voor een deel mag volgen. Zij zijn degenen met de meeste levenservaring. Misschien helpt het ook een beetje dat we allebei geen haantje-de-voorste zijn. Als we het niet eens zijn, gaan we in gesprek en komen we er altijd samen uit."

Hoe zijn de taken verdeeld?
"Mijn vader is verantwoordelijk voor de zakelijke contacten en afspraken en stuurt het personeel aan in de zomer. Ik houd me vooral bezig met het landwerk en het onderhouden van de machines. In deze verdeling is wel een verschuiving gaande. De zakelijke contacten neem ik stap voor stap over. Die verschuiving doet ons beiden goed. Ik zie dat mijn vader het waardeert dat hij steeds meer vrije tijd krijgt en ik word steeds meer ondernemer."

Wat is de grootste verandering op het bedrijf sinds jij thuiswerkt?
"We doen meer landwerk zelf omdat ik dat leuk vind. Heerlijk op de trekker. Je ziet direct het resultaat van de machine en hoe de grond er netjes bij ligt. Dat geeft voldoening."

Heb je ook plannen gehad die anders zijn gelopen?
"Om de cirkel rond te maken, hebben we overwogen om zelf een koeien- of geitenstal op ons erf neer te zetten om zelfvoorzienend te zijn in de vaste mest. Ik ben naar Frankrijk gegaan om te onderzoeken of het werken met koeien iets voor mij was. Ik kwam er snel achter dat koeien melken niet echt mijn ding is. Daarom hebben we besloten dit plan een plan te laten. Ik denk dat het goed is dicht bij jezelf te blijven."

Hoe zie je de toekomst?
"Het bedrijf wil ik verder perfectioneren en de lijn waarop we zitten doorzetten. Er is niet iets wat ik echt moet. Ik geloof dat kansen op je pad komen. De kansen die we krijgen, pakken we met vier handen aan. Als mijn vader uit het bedrijf stapt, wil ik graag met vast personeel werken. Op die manier kan ik blijven sparren. Nu verhuur ik mezelf nog als zzp'er in de winter. Maar over een aantal jaren stop ik daarmee. Mijn vriendin Wilmiek en ik wonen dan op de boerderij. Zij werkt nu als fysiotherapeut. Ze doet haar eigen ding. Dat heeft mijn moeder ook altijd gedaan."

Bron: ZLTO 
Publicatiedatum: