In de zomer van 2014 vond het eerste deel van de opgraving plaats. Met dit tweede deel hopen de onderzoekers het type, de afmetingen en het laadvermogen van het schip te bepalen. Het wrak zal in zijn geheel worden opgegraven en wordt na documentatie afgevoerd.
De opgraving is nog maar net begonnen, maar er zijn al bijzondere vondsten gedaan. Op 30 juni jongstleden werden er constructiedelen van het schip op dekniveau gevonden. Deze delen worden zelden aangetroffen in een wrak bij een opgraving. Ze geven informatie over de opbouw, de hoger gelegen gedeelten van het schip. De komende weken worden erg spannend, wellicht komen er nog meer bijzondere vondsten tevoorschijn.
Het opgravingsteam in actie. (Foto: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed).
Vorig jaar werden al meerdere grote vondsten gedaan. Er werd een complete stookplaats (met kookgerei, zoals een koperen koekenpan en een koperen aker, diverse borden en een nog volledig intact kruikje) gevonden. Een verrassing was het majolica sierbord. Onder de 30.000 voorwerpen in het Nationaal Depot voor Scheepsarcheologie in Lelystad is geen vergelijkbaar exemplaar aanwezig. In de wintermaanden van 2014 werd hard gewerkt aan het onderzoek van deze vondsten en opnieuw werden de onderzoekers verrast: tijdens het schoonmaken van de haardplaat (onderdeel van de stookplaats) kwam een duidelijk zichtbare afbeelding van een Romeinse soldaat tevoorschijn met het jaartal 1638. Het jaartal kan door de eigenaar van het schip zelf gekozen zijn geweest omdat het een bijzondere betekenis voor hem had, of er zijn andere redenen geweest. De afbeelding van de haardplaat is vrij onbekend voor de onderzoekers. Er wordt de komende tijd onderzocht of er vergelijkbare haardplaten bestaan. Naast deze vondsten is er een grote hoeveelheid turf aangetroffen. Onderzocht wordt of dit wellicht de hoofdlading van het schip was.